Tuchtrecht: ‘Accountant wilde met valse verklaring Tros Opgelicht?! misleiden’

Een accountant zou een cliënt gevraagd hebben een brief te ondertekenen ter ondersteuning van zijn eis aan het televisieprogramma Opgelicht?! om een uitzending met hem in de hoofdrol te rectificeren. Dat beweerde de cliënt vrijdag tegenover de tuchtrechter.

Zaaknummer: 23/1890

Michiel Satink

Het Tros-programma besteedde op 8 februari 2021 aandacht aan de accountant die tegelijk ook als advocaat opereerde. Hij zou een handtekening en facturen hebben vervalst en hij zou, terwijl hij was geschorst, toch als advocaat werken.

De accountant en tegelijk advocaat spande daarop een kort geding aan tegen het televisieprogramma. Hij eiste rectificatie onder meer omdat, door die uitzending 'vol leugens', klanten bij hem zouden weglopen. Ter ondersteuning van dat feit wilde hij een brief overhandigen met daaronder de handtekening van de klager in de tuchtzaak van vrijdag. ,,Hij wilde mij een stuk laten tekenen dat niet op waarheid berustte'', zei de klager in de Accountantskamer.

Valse  verklaring …

In dat stuk stond dat ze niet langer van zijn diensten als advocaat gebruik wilde maken als de Tros niet met een rectificatie kwam. Maar dat was helemaal niet wat ze wilde, vertelde ze de tuchtrechter. Ze meent dat hij gepoogd heeft haar een valse verklaring te laten ondertekenen. En dat is laakbaar gedrag, zei ze. Het gesprek waarin de accountant aandrong op ondertekening van dat stuk is door de klager opgenomen. De Accountantskamer citeerde er enkele malen uit. ,,Ik geef je zwart op wit, meisje, dat ik jouw advocaat blijf. Ik heb die brief nodig voor dat kort geding.'' En even later zegt hij, als ze weigert de brief te tekenen: ,,als je niet wil moet je het niet doen. Ik ben niet boos. Maar als ik morgen wil stoppen, dan stop ik.'' De klager interpreteerde dat als een dreiging zijn werk voor haar als advocaat te stoppen als ze de brief niet zou tekenen. Uiteindelijk wilde ze, mede na dit gesprek en zeker na de ophef na afloop van de Tros-uitzending, niets meer met de advocaat/accountant te maken hebben. Het kort geding tegen de uitzending leverde voor de accountant/advocaat uiteindelijk weinig op. Zijn eis tot rectificatie werd afgewezen.

,Ik geef je zwart op wit, meisje, dat ik jouw advocaat blijf. Ik heb die brief nodig voor dat kort geding.''

Misbruik

Ook klaagt ze over het feit dat voor haar niet altijd duidelijk was of hij als advocaat of accountant sprak. Toen hij geschorst was als advocaat, kreeg ze facturen via zijn accountantskantoor voor als advocaat verleende diensten. ,,Hij maakte zo misbruik van zijn positie als accountant'', zei ze.

De beklaagde accountant hoorde niets nieuws, zei hij. Hij heeft zelf eerder schriftelijk aangegeven dat hij niet twee keer voor hetzelfde veroordeeld kan worden. Kennelijk doelt hij op klachten die tegen hem als advocaat zijn ingediend. Eind april 2021 werd hij van het tableau geschrapt na zeven keer eerder geschorst te zijn. Die schrapping betekent dat hij sindsdien niet meer als advocaat werkzaam mag zijn. [Artikel gaat verder na de volgende alinea] 

Als toonaangevende bron voor accountantnieuws, strategieën en inzichten in finance en accountancy, helpt accountantweek.nl accountants, controllers en hoger financieel management om voorop te blijven lopen. Schrijf u daarom nu in voor de heldere, korte en makkelijk leesbare nieuwsbrief van Accountantweek voor een overzicht van al het relevante nieuws, alle unieke en inspirerende (netwerk)evenementen en belangrijkste meningen of volg ons op Linkedin.

Even leek het er op de zitting op dat hij toegaf toch op 7 mei 2021 in toga een pleidooi gevoerd te hebben. Dat zei hij naar aanleiding van een factuur die de klager dat jaar kreeg. ,,Nee, ik vergis me'', verbeterde de accountant zich, ,,dat moet dan in 2020 geweest zijn.'' Dus u stuurde in het voorjaar van 2021 een factuur over geleverde diensten van een jaar ervoor, vroeg een van de leden van de Accountantskamer nog. Kennelijk was dit het geval, erkende de accountant. 

Over de klacht dat hij 10.000 euro contant ontvangen had van de klager, was hij feller. ,,Als mevrouw hier zo zit te liegen, ga ik aangifte doen'', zei hij hierover. Hij heeft nooit dat geld van haar gehad, zei hij. De tuchtrechter had vooral vragen over de transcriptie van dat gesprek in de auto over de brief die de klager moest ondertekenen. Het bandje met daarop het hele gesprek moet alsnog door de klager naar de Accountantskamer worden opgestuurd. Beide partijen krijgen dan nog de kans schriftelijk op elkaar te reageren waarna de tuchtrechter uiteindelijk uitspraak doet.