‘Toezicht AFM verworden tot ticking the box exercitie’
De CTA is op 1 januari van dit jaar door minister Hoekstra van Financiën ingesteld. Voorzitter van de commissie is Annetje Ottow, hoogleraar economisch publiekrecht in Utrecht. Naast Ottow zijn ook Elbert Dijkgraaf, voormalig SGP-Kamerlid en hoogleraar empirische economie van de publieke sector aan de Erasmus Universiteit, en Marlies de Vries, onderzoeker aan Nyenrode, lid van de commissie.
“Een goed functionerende accountancysector is van groot belang voor de maatschappij. Investeerders, beleggers en toezichthouders moeten er van op aan kunnen dat het oordeel van een accountant deugdelijk is'', stelde minister van Financiën Hoekstra destrijds. De commissie gaat aanbevelingen doen om het huidige accountantsmodel in Nederland aan te passen of te vervangen door een nieuw model.
Dat laatste is niet de (voorlopige) conclusie geworden. Wat vooral opvalt in het rapport is de stelling dat het toezicht op de accountancy in Nederland niet niet naar behoren functioneert.
De drie toezichthouders hanteren elk een andere invalshoek en stijl, schrijft de Commissie. De combinatie van belangenbehartiging en toezicht bij NBA en SRA is onwenselijk. Er bestaat een breed gedragen kritiek op de focus van het toezicht van de AFM op de compliance kwaliteit waardoor een controle zou verworden tot een ticking the box exercitie. Daarbij worden harde verwijten gebaseerd op een relatief beperkt aantal bevindingen. Bij het toezicht op een accountantsorganisatie zou het kwaliteitsbeheersingssysteem centraal moeten staan en er moet een balans gevonden worden tussen hard optreden en samen werken aan verbetering.
De huidige toezichtstructuur met de AFM, SRA en NBA als toezichthouders op segmenten van de markt wordt vervangen door één onafhankelijke toezichthouder. Deze toezichthouder krijgt afdoende budgettaire ruimte om het toezicht op de gehele sector daadwerkelijk te kunnen uitoefenen. Naast de beoordeling van controledossiers wordt de inrichting van het kwaliteitsbeheersingssysteem van de accountantsorganisatie een centraal onderdeel van het toezicht.
Het doel van het toezicht zou, naast de enge handhaving van de toepasselijke wettelijke eisen, het bevorderen van kwaliteitsverbetering van de wettelijke controle moeten zijn. Dit vergt ook een constructieve dialoog tussen accountants en toezichthouder bijvoorbeeld ten aanzien van de uitleg van beroepsstandaarden en de ruimte voor de professionele oordeelsvorming van de accountant.
De toezichthouder maakt inzichtelijk hoe kan worden omgegaan met haar bevindingen ten aanzien van de externe accountant. Er komt bij de toezichthouder een meldpunt, waarbij accountants en accountantskantoren terecht kunnen als zij controledossiers overnemen van collega’s of collega‐kantoren die volgens hen grote kwalitatieve tekortkomingen kennen.
Reageren?
De commissie publiceert dit interimrapport als tussenstap in haar onderzoek. En beoogt met de voorlopige bevindingen en aanbevelingen partijen er toe te bewegen hierop tereflecteren en nadere informatie te verschaffen die de bevindingen van de commissie ondersteunen of tegenspreken. Reageren kan hier.