Toch mogelijke tuchtrechtzaak voor bankiers ING
Dat is de eerste stap die de stichting doet op weg naar een mogelijke tuchtrechtzaak. Afhankelijk van de informatie die binnenkomt, besluiten de aanklagers van de stichting of ze een onderzoek beginnen.
De stichting kan alleen bankiers bestraffen voor zaken die na 1 april 2015 hebben plaatsgevonden. Op dat moment werd de bankierseed in Nederland wettelijk verplicht. Met het afleggen van die eed beloven bankiers onder meer zich aan de wet te zullen houden, zich verantwoordelijk te gedragen naar de samenleving, de klant centraal te stellen en zich in te zetten voor het vertrouwen in de financiële sector.
Als het daadwerkelijk tot een tuchtrechtzaak komt tegen de betrokken bankiers bij ING, dan kunnen die een beroepsverbod tot drie jaar krijgen. Ook een boete van maximaal 25.000 euro is mogelijk. Verder kan de rechter een berisping of het verplicht volgen van een cursus opleggen.
Eerder deze week werd bekend dat ING voor 675 miljoen euro heeft geschikt met het Openbaar Ministerie (OM). Daarnaast betaalt ING de overheid 100 miljoen euro terug. De bank erkende te zijn tekortgeschoten bij het voorkomen van witwassen. De kwestie heeft betrekking op de jaren 2010 tot en met 2016.
De schikking kwam ING op de nodige kritiek te staan vanuit de politiek. De Vereniging van Effectenbezitters (VEB) wil dat de raad van commissarissen van de bank de positie van topman Ralph Hamers tegen het licht houdt.