Tijdig verzoek om btw-teruggaaf aanschaf zonnepanelen

Een man heeft zonnepanelen laten installeren op zijn privéwoning. Hiervoor is aan hem een factuur met factuurdatum 26 maart 2013 gestuurd. Na het zogenoemde Fuchs-arrest van het Hof van Justitie (20 juni 2013, C-219/12, ECLI:EU:C:2013:413) heeft de man zich op 27 juni 2013 aangemeld als ondernemer voor de omzetbelasting. Hij heeft vanaf 2 juli 2013 stroom aan het elektriciteitsnet geleverd.

De Inspecteur heeft bij brief van 7 oktober 2013 medegedeeld dat de man als btw-ondernemer is geregistreerd en dat het aangiftetijdvak is gesteld op een kwartaal. Aan de particulier is een aangiftebiljet omzetbelasting uitgereikt voor de periode 27 juni 2013 tot en met 30 september 2013.

Op 15 oktober 2013 heeft de man het uitgereikte aangiftebiljet ingevuld en verzocht om teruggaaf van omzetbelasting tot een bedrag van € 1.820. De Inspecteur heeft het verzoek om teruggaaf niet-ontvankelijk verklaard omdat X zich niet binnen een maand na afloop van het kwartaal waarin de factuurdatum valt als ondernemer heeft aangemeld. Aan jurisprudentie (i.c. Fuchs-arrest) kan geen terugwerkende kracht worden ontleend, aldus de Inspecteur.

In geschil is of de Inspecteur het verzoek om teruggaaf van de over de aanschaf van de zonnepalen verschuldigde omzetbelasting terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard.
Het standpunt van de Inspecteur dat aan het Fuchs-arrest geen terugwerkende kracht toekomt, is volgens Hof Den Bosch onjuist.

Door de particulier, die als btw-ondernemer kwalificeert in verband met de aanschaf van zonnepanelen, niet dezelfde mogelijkheden te verschaffen om zijn recht op aftrek van voorbelasting te effectueren als iemand die om andere redenen dan de aanschaf van zonnepanelen als btw-ondernemer kwalificeert, handelt de Inspecteur in strijd met het Unierechtelijke doeltreffendheidsbeginsel, aldus het Hof. Aan de man is ten onrechte geen aangiftebiljet uitgereikt dat (mede) betrekking had op het eerste kwartaal van 2013.

De Inspecteur had een aangiftebiljet moeten uitreiken over de periode 1 januari 2013 tot en met 30 juni 2013. Het Hof merkt de door de particulier ingediende aangifte aan als mede betrekking hebbende op die periode. Deze aangifte en daarmee het verzoek om teruggaaf is tijdig gedaan. Het Hof bepaalt dat aan de man een teruggaaf van € 1.820 aan omzetbelasting wordt verleend.

• ECLI:NL:GHSHE:2017:1876

(Bron: Fiscanet)