Thuiswerken en videovergaderen zijn blijvertjes

  Nederlanders lijken zich aan te passen aan de beperkingen die de coronacrisis met zich meebrengt. Een deel van die aanpassingen zal volgens onderzoekers blijvend zijn, meldt de NOS.

Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) ondervroeg eind maart een representatieve groep Nederlanders en deed dat enkele weken geleden opnieuw. Daaruit blijkt onder meer dat mensen nu positiever staan tegenover thuiswerken dan aan het begin van de crisis.

Het aantal mensen dat thuiswerkt, is sinds het begin van de crisis wel wat afgenomen. Dat was iets meer dan de helft van de werkenden en dat is nu iets minder dan de helft. Maar het aantal thuiswerkers dat zegt dit ook na de crisis vaker te blijven doen, is wel gestegen: van 25 procent twee maanden geleden naar 45 procent nu.

Een ander blijvertje lijkt vergaderen op afstand. Het aandeel dat verwacht na de crisis ook vaker te videovergaderen nam toe, van iets meer dan 35 procent naar ongeveer 60 procent. Van de mensen die videovergaderen vindt 55 procent dit net zo productief als fysiek overleg, eind maart was dat nog 43 procent.