Vermogen in box 3, maar te laat voor bezwaar? Doe verzoek tot vermindering

Een oproep aan minister Kaag: zorg ervoor dat rechtsherstel plaatsvindt voor alle belastingplichtigen.

Door mr. C.E. van Dijk

Op 24 december 2021 heeft de Hoge Raad in het zogenoemde Kerstarrest geoordeeld dat de manier waarop vermogen in box 3 wordt belast in strijd is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Volgens de Hoge Raad moet het werkelijk rendement op vermogen worden belast, als dat rendement lager is dan het fictieve rendement waarvan box 3 uitgaat. Er is door de Hoge Raad overigens niet aangegeven hoe het werkelijk rendement moet worden bepaald.

De Belastingdienst heeft 4 februari jl. uitspraak gedaan in de zogenaamde massaal bezwaarprocedures box 3 over de jaren 2017 t/m 2020 in reactie op het voorgenoemde arrest van de Hoge Raad. In de uitspraak staat dat alle ruim 200.000 bezwaarschriften die bij deze massaal bezwaarprocedures horen, gegrond worden verklaard. 

Lang niet iedereen met vermogen in box 3 heeft in de jaren 2017 en verder bezwaar gemaakt tegen de (navorderings)aanslagen inkomstenbelasting. Als u of uw klant tot deze groep behoort en ook in box 3 wenst te worden belast naar het werkelijk rendement op vermogen in box 3, dan kunt u nog wel bij de Belastingdienst een verzoek tot vermindering indienen. De wettelijke basis hiervan is artikel 9.6 Wet IB. Hoe kansrijk dat is en hoe u dat moet doen, leest u in deze blog.  

Uw kansen 
De website van de Belastingdienst zegt het volgende over uw kansen: 

“Het is nu nog niet duidelijk of de uitspraak [van de Hoge Raad van 24 december 2021] ook gevolgen heeft voor mensen die géén bezwaar hebben gemaakt en waarbij de bezwaartermijn is verstreken. Dat wordt op dit moment uitgezocht. Het kabinet zal besluiten hoe dit hersteld wordt en wie daarvoor in aanmerking komt. Als dit besluit is genomen, leest u hierover meer op onze website.”

De Belastingdienst vergeet op de website te vermelden dat de Rechtbank Noord-Holland op 7 januari 2022 onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad heeft beslist dat als de bezwaarmogelijkheid destijds niet is benut en alsnog een verzoek tot (ambtshalve) vermindering van de aanslag wordt gedaan, rechtsherstel moet plaatsvinden door het werkelijk rendement in de heffing te betrekken. De Belastingdienst heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld. Het Gerechtshof en eventueel de Hoge Raad kunnen dus nog anders beslissen.

De redactie van Vakstudie Nieuws (V-N) verwacht dat de uitspraak van de rechtbank geen stand gaat houden, omdat – kort gezegd – de rechtbank zich niet zou hebben gehouden aan de spelregels voor ambtshalve vermindering. Deze zijn te vinden in artikel 45aa Uitvoeringsregeling Wet IB. De Belastingdienst vermindert een aanslag als hij constateert dat die te hoog is vastgesteld, tenzij (onder andere) sprake is van nieuwe jurisprudentie. Duidelijk is dat het arrest van de Hoge Raad van een latere datum is dan de onherroepelijke aanslag die ter discussie stond bij de rechtbank, en dat staat dan aan de ambtshalve vermindering in de weg. 

Als de verwachting van V-N uitkomt, geven de spelregels voor ambtshalve vermindering een escape. De Minister van Financiën heeft namelijk de vrijheid om te bepalen dat nieuwe jurisprudentie wél aanleiding kan zijn tot het openstellen van het middel van ambtshalve vermindering. 

Ik doe dan ook een oproep aan mevrouw Sigrid Kaag: zorg ervoor dat rechtsherstel plaatsvindt voor alle belastingplichtigen, dus ook voor die belastingplichtigen die geen (massaal) bezwaar hebben gemaakt. Laat alstublieft niemand vallen

Verzoek tot vermindering – let op de termijn!
Een andere spelregel bij ambtshalve vermindering is dat het verzoek tot vermindering niet later moet zijn ingediend dan vijf jaar na afloop van het jaar waarover de aanslag gaat. Gaat het om de aanslag inkomstenbelasting over het jaar 2017? Dan moet het verzoek tot vermindering vóór 31 december 2022 door de Belastingdienst zijn ontvangen. U heeft dus nog even de tijd voor uw verzoek. U kunt voorlopig rustig de ontwikkelingen afwachten. Wilt u daar niet op wachten en wenst u zo spoedig mogelijk het verzoek tot vermindering op de brievenbus te doen? Klik dan op deze link voor een voorbeeldbrief.   

Conclusie
U heeft vermogen in box 3 met een laag rendement, maar niet tijdig bezwaar gemaakt? Als u wenst te worden belast naar het werkelijk rendement op vermogen in box 3 doet u dan bij de Belastingdienst een verzoek tot vermindering. Voor het jaar 2017 kan dit nog tot het einde van dit jaar. Of uw verzoek ook zal worden gehonoreerd, zal in de loop van dit jaar duidelijk worden.

Carlijn van Dijk is advocaat bij Jaeger Advocaten-belastingkundigen

Gerelateerde artikelen