Subsidie voor vezelvlas terecht niet verleend aan producenten
Tot 2012 bestond er een speciale Europese subsidieregeling voor de producenten van vezelvlas en zaaizaad van vezelvlas. Hierin was de subsidie afhankelijk gesteld van de productie van dit gewas en het zaaizaad. De Europese regelgever heeft deze regeling per 2012 beëindigd en laten opgaan in de toen al bestaande algemene subsidieregeling voor landbouwers. Dit is geregeld in een Europese verordening en uitgewerkt in een nationale regeling die is opgenomen in de Regeling GLB-inkomenssteun 2006 (de Regeling). Volgens deze regeling wordt de subsidie gekoppeld aan de landbouwgrond die in gebruik is voor de teelt van dit gewas en het zaad en niet meer aan de geproduceerde hoeveelheid. Dit wordt ook wel ‘ontkoppeling’ genoemd. Voor de producenten betekent dit dat zij voor 2012 geen of minder subsidie ontvangen.
Volgens de producenten is de nationale regeling van deze ontkoppeling in strijd met de daarvoor geldende Europese regels. De producenten stellen onder andere dat door deze ontkoppeling de subsidie ten onrechte terecht komt bij landbouwers die op basis van met de producenten gesloten overeenkomsten hun grond hebben gebruikt voor de teelt van vezelvlas en zaaizaad en voor deze grond subsidie hebben aangevraagd. Dit is, aldus de producenten, niet in overeenstemming met de bedoeling van de Europese regels om de productiesteun die zij tot 2012 ontvingen ook na de ontkoppeling aan hen ten goede te laten komen.
Het CBb deelt deze opvatting niet en ziet geen grond voor het oordeel dat de nationale regeling in strijd is met de Europese regels. Ook de andere beroepsgronden van de producenten tegen de ontkoppeling slagen niet.