Subsidie praktijkleren: wat er vaak fout gaat bij het aanvragen
Verkeerde opleiding, te weinig contacturen
Het aanvragen van subsidie voor begeleiding van leerlingen lijkt op het eerste oog simpel. De gegevens van de leerling worden doorgegeven en daarmee is de kous af. Toch is dit niet waar. Twee jaar na de introductie van deze populaire subsidieregeling komen verschillende trends aan het licht die met enige regelmaat verkeerd gaan. Deze fouten kunnen cruciale gevolgen hebben en dat is zonde. Want niet alleen lopen bedrijven subsidie mis omdat hun aanvraag wordt afgewezen door subsidieverstrekker RVO, ook kunnen zij naderhand tijdens een controle problemen krijgen. In een tweeluik brengen wij daarom veelvoorkomende fouten in kaart, zowel tijdens het aanvragen als in de administratie. De administratie komt volgende week aan bod.
Wat er vaak fout gaat tijdens de aanvraag? De subsidie wordt aangevraagd voor:
• de verkeerde hbo-opleidingen. De Subsidieregeling praktijkleren is –in tegenstelling tot bbl-trajecten- niet voor alle hbo-opleidingen bedoeld. Met andere woorden, alleen voor leerlingen die een CROHO-geregistreerde opleiding volgen in de richtingen ‘Techniek’ en ‘Landbouw en Natuurlijke omgeving’.
• mbo-bol-trajecten. Voor leerlingen die een mbo-opleiding volgen is de subsidie alleen bedoeld als zij deze opleiding volgen in een bbl-traject. De beroepsbegeleidende leerweg is een combinatie van werkend leren en daarnaast gaat de leerling één à twee dagen naar school. Bij een bol-traject gaat de leerling de hele week naar school en volgt verschillende stages voor een bepaalde tijd.
• opleidingen via e-learning terwijl de urennorm niet is gehaald. Om in aanmerking te komen voor subsidie moeten er minstens 200 contacturen zijn tussen leerling en docent en 610 uren praktijkvorming. Voor een e-learningopleiding zijn deze urennormen hetzelfde. Vaak worden deze niet gehaald en toch subsidie aangevraagd. De uren van de betreffende opleiding zijn eenvoudig te achterhalen via de websites van de verschillende onderwijsinstellingen.
Let op nominale opleidingsduur
Bovenstaande fouten leiden automatisch tot het niet toekennen van subsidie. Wat er vanaf dit jaar bovendien ook belangrijk wordt, is het controleren van de nominale duur van de opleiding. Er mag namelijk niet voor meer jaren subsidie worden aangevraagd dan de nominale duur van de opleiding. Dus stel, de afgelopen twee jaar is voor een tweejarige opleiding subsidie aangevraagd en deze studie is nog niet afgerond, dan vervalt toch het recht op subsidie. De nominale duur van de opleiding is immers wel verstreken. RVO rekent hierbij in subsidiabele weken per schooljaar. Bij een bbl-opleiding mag voor een opleiding met een nominale duur van twee jaar niet meer dan twee keer 40 weken ( = 1 schooljaar) subsidie verkregen worden. Afhankelijk van de startdatum van de opleiding kan dit wel over de drie aanvraagjaren worden verdeeld.
Praktijkleren Online controleert correctheid aanvraag
Omdat fouten in het verleden juist helpen om de toekomst te verbeteren, is vorig jaar het online portal Praktijkleren Online gelanceerd. In dit portal kunnen aanvragers van de Subsidieregeling praktijkleren hun aanvraaggegevens bundelen en de aanvraag doen. Dit portal controleert of de aanvraag volledig is en aan alle voorwaarden is voldaan.
(PNO)