Stagiairs: fictieve of echte dienstbetrekking?
Een marktconforme vergoeding is bijvoorbeeld het minimumjeugd- of cao-loon. De stagiair is bij zo’n stagevergoeding, net als bij gewone werknemers in ‘echte’ dienstbetrekking, De normale regels zijn van toepassing. Als de stagevergoeding niet marktconform is, is er geen sprake van een ‘echte’, maar van een fictieve dienstbetrekking. Voor meer informatie, zie het Handboek loonheffingen 2016, hoofdstuk 16.10.
Voor deze stagiair geldt het volgende:
- Hij is alleen verzekerd voor de ZW, dus de verzekeringsindicatie voor de ZW moet op ‘Ja’ staan.
- De verzekeringsindicaties voor de WW en de WAO/WIA moeten op ‘Nee’ staan.
- Het loon dat hij geniet (de stagevergoeding) is naast loon voor de loonbelasting/volksverzekeringen ook loon voor de werknemersverzekeringen (SV-loon).
- Er is géén sprake van premieloon (oftewel grondslagaanwas op het cumulatieve premieloon). Uw klant, de stageverlener, vult € 0 aan premieloon (grondslagaanwas) in.
- Er zijn geen premies werknemersverzekeringen verschuldigd.
- De sectorcode moet worden ingevuld.
- Er is werkgeversheffing Zvw van toepassing.
Let op: als de stagiair later in datzelfde jaar in ‘gewone’ dienst treedt bij diezelfde werkgever, dan volgt daaruit voor de premies werknemersverzekeringen veelal een zogenoemd ‘inhaaleffect’. Dit komt omdat de premies werknemersverzekeringen via voortschrijdend cumulatief rekenen (vcr) bepaald worden. Op dat moment namelijk wordt ook het loon dat hij als stagiair heeft genoten in de berekening betrokken. De werkgever moet dan alsnog alle premies (ZW/WW/WIA) betalen over het loon dat hij als stagiair heeft genoten. U vindt dat in paragraaf 8.6 van deze brochure.
Bron: Fiscanet