Slechts 3 procent bedrijven klaar voor IFRS 16

Bedrijven hebben wereldwijd meer tijd nodig om te voldoen aan de nieuwe eisen die gelden voor de financiële verslaglegging van hun leasecontracten.

Met ingang van 2019 verplicht de verslaggevingsstandaard IFRS 16 ondernemingen om voor nagenoeg alle leasecontracten activa en verplichtingen op de balans te zetten.

Uit internationaal onderzoek van KPMG onder ruim 800 bedrijven blijkt dat tweederde van de ondernemingen niet op koers ligt om te voldoen aan de verplichtingen die IFRS 16 met zich meebrengt. Slechts 3 procent van de bedrijven is op dit moment klaar om volgens de nieuwe richtlijn te rapporteren. Minder dan 20 procent beschikt op dit moment over de noodzakelijke systeemvereisten en iets meer dan 10 procent heeft de benodigde software ontwikkeld.

"Gezien het feit dat de uiteindelijke systeemimplementatie vier tot zes maanden in beslag neemt, zal het duidelijk zijn dat veel bedrijven nog een lange weg te gaan hebben", constateert Ruben Rog, partner bij KPMG en deskundige op het gebied van IFRS 16. "Tot die tijd zullen ondernemingen gebruik moeten maken van tijdelijke oplossingen om aan de nieuwe eisen te voldoen. Dat betekent veel handmatig werk waarbij met spreadsheets de noodzakelijke informatie moeten worden verzameld."

Omvang klus wordt steeds duidelijker
Het is volgens Rog duidelijk dat verslaglegging van leaseconstructies voor veel bedrijven een enorme uitdaging is, zeker gezien de schaal en de complexiteit. Rog: "Tot op zekere hoogte is het van kracht worden van IFRS 16 te vergelijken met de standaarden 'revenue recognition' en 'financiële instrumenten' die eerder van kracht werden. Het is van groot belang dat bedrijven die niet op tijd klaar zijn en aangewezen zijn op tijdelijke oplossingen een strategie klaar hebben die op korte termijn leidt tot een daadwerkelijke invoering van de standaard.

Veel bedrijven worden zich steeds beter bewust van de omvang van de klus waar ze voor staan. En met dat groeiende besef wordt ook steeds duidelijker wat de uiteindelijke kosten zijn van de invoering. Ruim 60% van de bedrijven geeft aan dat de uiteindelijke totale kosten hoger zullen zijn dan aanvankelijk voorzien. Bijna 25 procent geeft aan dat de totale kosten van het voldoen aan de regelgeving uitkomt tot bijna 500.000 euro. Bijna 20 procent geeft aan geen enkel inzicht te hebben in de uiteindelijke kosten.

Bedrijven ondervinden met name problemen met het identificeren van zogenaamde embedded leases, het bepalen van een passende marginale rentevoet (IBR), het abstraheren en invoeren van leaseovereenkomsten in een leasesysteem en het integreren van een leaseboekhoudsysteem in de bestaande omgeving."

Inhaalrace van groot belang
Uit het onderzoek van KPMG blijkt verder dat er regionaal grote verschillen bestaan als het gaat om de uiteindelijke invoering van IFRS 16. Bedrijven in Azië en de landen in de Stille Zuidzee lopen in het algemeen wat achter op ondernemingen in Noord- en Zuid-Amerika, Europa, het Midden-Oosten en Afrika. Slechts 20% van de ASPAC-bedrijven is op dit moment bezig met de implementatie van de nieuwe verslaggevingsregels. In Amerika en de EMEA-regio is dit iets meer dan 40%. Bedrijven die de implementatie van IFRS 16 nog niet hebben voltooid, zijn volgens Rog overigens in principe nog altijd in staat het proces op tijd af te ronden.

Rog: "Dit is niet alleen raadzaam vanuit financieel oogpunt, maar ook vanuit het oogpunt van procesefficiëntie. Investeringen in een geautomatiseerde oplossing zijn op de lange termijn meer rendabel. Met name in grotere bedrijven of bedrijven met veel leasecontracten is een geautomatiseerde systeemoplossing efficiënter dan een proces dat gebaseerd is op het handmatig maken van spreadsheets. Met name de complexiteit die gepaard gaat met verslaggeving van wijzigingen in leaseconstructies, de volledigheid van de lease-inventarisatie en consistente documentatie van de marginale rentevoet vragen om een geautomatiseerde systeemoplossing."

Gerelateerde artikelen