RJ-Uiting 2017-6: Wijzigingen in Richtlijn 615 Beleggingsentiteiten

De Raad voor de Jaarverslaggeving heeft RJ-Uiting 2017-6: ‘Wijzigingen in Richtlijn 615 Beleggingsentiteiten’ uitgebracht. Achtergrond van deze wijzigingen zijn aanpassingen in wet- en regelgeving alsmede enkele verduidelijkingen.

RJ-Uiting 2017-6: ‘Richtlijn 615 Beleggingsentiteiten’ bevat de wijzigingen in hoofdstuk 615 Beleggingsentiteiten. Achtergrond van deze wijzigingen zijn aanpassingen in wet- en regelgeving alsmede enkele verduidelijkingen.

Aanpassingen op basis van wet-en regelgeving

Op grond van artikel 4:37o Wet financieel toezicht (‘Wft’) en aan de hand van wijzigingen in artikel 115m Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft (‘Bgfo’) is de plek waar informatie wordt verstrekt omtrent de beloningen inzake een beleggingsentiteit –zoals thans opgenomen in alinea 411 van hoofdstuk 615 –niet uitsluitend de jaarrekening en kan deze informatie ook worden opgenomen in het bestuursverslag. Als gevolg hiervan zijn de vereisten ten aanzien van deze informatie verplaatst van paragraaf 4 Toelichting naar paragraaf 5 Aanvullende voorschriften voor het bestuursverslag van hoofdstuk 615. Hiertoe is alinea 411 vervallen en is een nieuwe alinea 507 ingevoegd.

De Europese Richtlijn 2014/91/EU tot wijziging van Richtlijn 2009/65/EG tot coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende bepaalde instellingen voor collectieve belegging in effecten (ICBEs) wat bewaartaken, beloningsbeleid en sancties betreft (ook wel genoemd ‘UCITS V’) is opgenomen in artikel 121 Bgfo. Dit vereist een aantal toelichtingen voor ICBEs. Deze specifieke vereisten zijn opgenomen in de nieuwe alinea 507 van hoofdstuk 615.

Voorts vereist artikel 1:120 Wft als gevolg van de implementatie Regulering beheerst beloningsbeleid dat ook het beloningsbeleid moet worden opgenomen in het bestuursverslag alsmede wordt de beloning vermeld van personen die boven de 1 miljoen euro ontvangen. Dit vereiste is tevens opgenomen in de nieuwe alinea 507 van hoofdstuk 615.

Op grond van de Europese Verordening 2015/2365 betreffende de transparantie van effectenfinancieringstransacties en van hergebruik en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012, geeft de beleggingsentiteit informatie over effectenfinancieringstransacties (securities financing transactions ofwel ‘SFTs’). Deze vereisten zijn opgenomen in de nieuwe alinea 431 en gewijzigde alinea 903 van hoofdstuk 615. Aangezien deze informatie een toelichting betreft op de balans van de beleggingsentiteit, is de RJ van mening dat deze informatie in de jaarrekening moet worden opgenomen.

Verduidelijkingen

De praktijk is niet eenduidig over de bedragen die als beloning moeten worden verantwoord, zoals thans op grond van artikel 115m Bgfo en artikel 121 lid 2 Bgfo is opgenomen in alinea 411 van hoofdstuk 615. De Europese Richtlijn waaraan de Bgfo refereert, spreekt over betaalde bedragen. In de praktijk blijkt dat daarvoor vaak de in het boekjaar toegekende bedragen worden gebruikt. De argumentatie hiervoor is dat de toegekende beloningen (direct betaald of met uitgestelde betaling) direct aansluiten met de behaalde resultaten waar de toegekende beloningen betrekking op hebben. Aansluiting is nu gezocht met alinea 606 van hoofdstuk 271 Personeelsbeloningen.

Voorts is een verduidelijking aangebracht ten aanzien van vergunninghoudende entiteiten. In de huidige tekst is opgenomen dat een vergunningsplichtige entiteit toelichting omtrent de beloningen dient op te nemen. Het kan echter zo zijn dat ingevolge de zogenoemde opt-in regeling, vrijwillig een vergunning is aangevraagd door de beheerder en deze is verleend. Deze entiteiten dienen nu eveneens de toelichting omtrent de beloningen op te nemen. De voorgestelde tekst voorziet erin dat de toelichting omtrent de beloningen is vereist wanneer een vergunning is verstrekt.

Bovenstaande verduidelijkingen zijn verwerkt in alinea 507 van hoofdstuk 615.

Ingangsdatum en stelselwijziging

De wijzigingen in de wet- en regelgeving rondom beleggingsentiteiten zijn reeds van kracht. De wijzigingen in hoofdstukken 615 zijn daarom met onmiddellijke ingang van toepassing. Afhankelijk van de omstandigheden kunnen de wijzigingen resulteren in een stelselwijziging die verwerkt wordt conform hoofdstuk 140 Stelselwijzigingen.

Gerelateerde artikelen