Rekenmethode rioolrecht op snijtafel accountantskamer
De verwerking van investeringen in de riolering in de gemeente Nijmegen is al jaren onderwerp van juridische procedures. Dankzij een klacht van een raadsman tegen de accountants van de gemeente buigt nu ook de tuchtrechter zich over deze zaak. ,,De Hoge Raad zal met belangstelling de bevindingen van de Accountantskamer volgen.''
De rechtbank Arnhem, het gerechtshof in die stad, de Hoge Raad en het gerechtshof Den Bosch kregen al te maken met de begrotingssystematiek van de gemeente Nijmegen. Enkele burgers van die gemeente maakten bezwaar tegen de wijze van doorberekening van investeringen in het rioolnet via de gemeentelijke belastingen. De gemeente boekt investeringen in hetzelfde boekjaar af uit de afschrijvingsbijdragen voor de rioleringsvoorziening. Zodoende wordt de waarde van de riolering op de balans lager en dat bespaart de gemeente financieringslasten. Volgens de klager staan de geïnde rioolrechten echter niet in relatie met de concrete vervangingsinvesteringen. Er was 12,6 miljoen euro geïncasseerd maar slechts 4 miljoen geïnvesteerd. De vraag is aldus of het rioolrecht die burgers betalen niet te hoog is. De accountants hadden de jaarrekening nooit mogen goedkeuren, aldus de klagende partij.
Volgens de raadsman van de twee registeraccountants gaat het hier om een ongewone en zeer specifieke boekhouding. De lasten gaan vooraf aan de investeringen. Dat heeft een politieke achtergrond, zei de advocaat. ,,De wetgever wilde de gemeenten de mogelijkheid bieden om gedurende langere termijn een gelijkmatige rioolheffing op te leggen.” Bovendien moet de klacht niet-ontvankelijk worden verklaard, meende de raadsman. De termijn om te mogen klagen is al verstreken. Volgens de klagende raadsman wist hij niet eerder dat deze twee accountants de jaarrekening hadden opgesteld. Toch stond dat in openbare verslagen van raadsvergaderingen, stelde de verdediging.
De Hoge Raad moet zich nog opnieuw uitspreken in een bestuursrechtelijke procedure over deze rekenmethode. De verwachting van de raadslieden is dat de Raad met belangstelling het vonnis van de Accountantskamer als ‘gespecialiseerde rechter’ afwacht.
Vonnis over circa 10 weken.
Michiel Satink / JPZ
Zaaknummers: 13/2202 en 13/2203