Rapport die witwasverdachte lijkt vrij te pleiten leidt tot tuchtzaak

Een ondernemer die plots 1,1 miljoen euro rijker werd, wordt verdacht van witwassen van drugsgelden. Als weerwoord overhandigt zijn advocaat een accountantsrapport waarmee die vermogensstijging verklaard wordt. Een rapport gebaseerd op drijfzand, stelt het Openbaar Ministerie.

Door Michiel Satink

Zaaknr. 23/1603

“Met dit rapport wordt de strafrechter mogelijk op het verkeerde been gezet'', zegt klager Lieke Brouwers namens het Functioneel Parket van het Openbaar Ministerie vrijdag tegen de Accountantskamer. 

Het OM doet onderzoek naar de vermeend dubieuze herkomst van ruim een miljoen euro van een ondernemer. Dat geld is afkomstig van aan drugs gerelateerde delicten, zo vermoedt het OM. Advocaat Pieter Hoogendam, die de verdachte bijstaat, wil dat een expert de inkomsten van zijn cliënt eens onder de loep neemt. Via via komt hij uit bij de accountant van een middelgroot kantoor uit Rijswijk. Zijn rapport wordt door de advocaat uiteindelijk als tegenbewijs ingebracht in de strafzaak.

Drijfzand
Volgens het OM gaat de registeraccountant op verschillende punten de fout in met zijn rapport. Zo verschaft het een zekere mate van zekerheid, terwijl de opdracht alleen ging om het verschaffen van inzicht. Ook biedt het rapport 'schijnzekerheid', omdat het gebaseerd is op feitelijke onjuistheden, aldus Brouwers. Zo houdt het rapport geen rekening met de uitgaven van de verdachte. Zo zie je slechts de helft van het verhaal. “De basis van zijn rekenexercitie is gebaseerd op drijfzand.'' 

Ook nam de accountant het verhaal van de verdachte dat hij in 2015 in cryptomunten geïnvesteerd had, klakkeloos aan. Daar is geen enkel bewijs voor. Bovendien stelt het OM vraagtekens bij de objectiviteit van de accountant. Zo beschrijft hij alleen voor de verdachte positieve hypotheses in zijn rapport.

Advocaat Carolien Noorduyn noemt de toonzetting van het OM ,,ongepast en onnodig grievend. Er is sprake van misplaatste superlatieven als 'incompetente accountant die een loopje nam met de gedragsregels'. Ook een woord als 'drijfzand' is laakbaar'', zei ze. Volgens haar is de accountant de dupe van een zich verhardende strijd tussen de advocaat van de verdachte en de officier van justitie in de strafzaak. “Mijn cliënt waakte er juist voor om verregaande conclusies te trekken.''

Zo stelt het OM dat de accountant het rapport aan hen van te voren ter inzage had moeten leggen. De accountant moest weten dat het rapport in de strafzaak zou worden ingebracht. Maar dat stond van tevoren helemaal niet vast, zegt Noorduyn. “Hij handelde in opdracht van advocaat Hoogendam. Zijn werkzaamheden vielen onder het verschoningsrecht van de raadsman.'' 

Met andere woorden: totdat de advocaat besloot het stuk te delen, gold er een geheimhoudingsplicht. “Het was aan de raadsman of hij het stuk zou inbrengen.'' Zou het rapport negatief voor de verdachte zijn, dan had de advocaat het stuk zeker niet aan het strafdossier laten toevoegen.

Volgens de registeraccountant is de vermogensgroei van circa 1,1 miljoen euro te verklaren met de waardestijging van de cryptomunten waarin de verdachte zei te handelen. Het leidde tot veel vragen. Zo zou de verdachte in 2015 6.800 XMR-munten hebben aangeschaft. Een paar jaar later leverde dat al een waardestijging op van 850.000 euro. Bewijs van die aankoop is er niet. Hij zou de munten voor 116.000 euro hebben aangeschaft. Waarom is daar geen rekeningafschrift van? “Meneer weet niet meer hoe hij ze heeft aangeschaft'', zei de accountant. Hij zou de munten hebben opgeslagen op zijn Ledger Wallet, een digitale portemonnee. Onmogelijk, stelt het OM. “Dat is pas vanaf juli 2018 mogelijk'', reageerde Brouwers.

Voor de accountant is één ding duidelijk geworden: hij zal niet snel nog zo'n rapport opstellen. “Ik heb het gevoel dat men bezig was met procesafspraken en dat die zijn geknapt'', zei hij. Daarmee doelt hij op afspraken die OM en de verdachte in een strafzaak kunnen maken waarbij de verdachte vaak deels de feiten bekent in ruil voor een lagere strafeis. “Daarna is het verhard. Ik word een speelbal van twee partijen en daar ben ik geen accountant voor geworden.'' 

De uitspraak van de Accountantskamer wordt binnen twaalf weken verwacht. In de strafzaak tegen de ondernemer met zijn mogelijk onverklaarbare vermogen staat nog geen inhoudelijke zitting gepland.
 

Gerelateerde artikelen