RA schoot in ‘helpende mood’: 9.500 euro verdwenen

Oplichting of fraude? Feit is dat 9.500 is verdwenen. De Accountantskamer vraagt opheldering.

Zaak nr 17/1927

De onbezoldigde penningmeester van een stichting schoot naar eigen zeggen in de ‘helpende mood’ bij het lezen van een mail die naar hij aannam van de voorzitter kwam. Of hij 9.500 euro wilde overmaken naar een rekening in Italië en wel snel. Dom, want hij is opgelicht, zegt hij: het geld is verdwenen Omdat hij de titel van registeraccountant voert heeft het bestuur hem aangeklaagd bij de Accountantskamer.

Vrienden
Het gaat om een kleinschalige stichting, opgericht door een groep vrienden, die klassieke kamerconcerten organiseert. Een paar jaar na de oprichting in 2011 ontstond behoefte aan professionalisering van de financiën, mede van wille de eisen die gesteld zijn aan de ANBI-status.  In het circuit van bekenden vonden de bestuursleden de registeraccountant bereid aan te treden vanwege diens financiële deskundigheid.

Half jaarsalaris
Groot was hun verbijstering bij de ontdekking in april vorig jaar dat er bijna tienduizend euro was verdwenen. De penningmeester had het overgemaakt, zonder ook maar even ruggenspraak te houden met de voorzitter. ‘Zelfs voor een leek op financieel gebied waren de red flags zichtbaar’, zegt de voorzitter. Het is voor de stichting een substantieel bedrag. “Het halve jaarsalaris van de artistiek leider”, volgens de klagers.

De registeraccountant, die zelfstandig bevoegd was, heeft het bedrag eerst nog moeten over hevelen van de spaarrekening naar de rekening courantrekening van de voor hij het kon storten naar de Italiaanse rekening. Het geld is verdwenen. “Heel dom en spijtig”, zegt de accountant. Hij weigerde de schade als gevolg van zijn fout te vergoeden, hij zou er het geld niet voor hebben. “We hebben hem nog een heel schappelijke regeling voorgesteld”, aldus de voorzitter.

Onder druk
Naast de onzorgvuldigheid bij de overboeking klaagt het bestuur ook over de nasleep. Op advies van zijn rechtsbijstandsverzekeraar dreigde de accountant met een procedure tegen de stichting als zij een tuchtklacht zou indienen om de schade van de tuchtprocedure te verhalen. Het bestuur voelt zich daardoor oneigenlijk onder druk gezet. 

Vrijwillig
Het voornaamste verweer van de accountant is dat de beroepsnormen niet zouden gelden voor werk dat hij als vrijwilliger verricht. Hij denkt dat de tuchtklacht vooral is ingediend om bij een gegrondverklaring sterker te staan bij het verhalen van de schade. Maar daarvoor moet de stichting naar de kantonrechter, meent de beklaagde.

Uitspraak over tien tot vijftien weken.

Auteur: Petra van Walraven/Juridisch Persbureau Zwolle

Gerelateerde artikelen