PwC: Saneringsbeleid schiet tekort voor kansrijk bedrijf

Het huidige saneringsbeleid slaagt er volgens PwC onvoldoende in om onnodige en onwenselijke faillissementen te voorkomen. Volgens PwC staan twee belangrijke knelpunten in het huidige beleid een sanering bij grote levensvatbare bedrijven in de weg.

Ten eerste is de eis dat elke schuldeiser, en dat zijn er soms honderden, evenredig moet bijdragen aan de sanering praktisch niet uitvoerbaar, schrijft PwC. Onder meer hierom laat de Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA) ruimte om bepaalde crediteuren buiten een schuldherstructurering te houden.

Ten tweede vereist het beleid dat de resterende belastingschuld binnen twaalf maanden na herstructurering wordt terugbetaald. Dit resulteert al snel in een hogere betalingsverplichting over die twaalf maanden dan zonder de sanering. Het bedrijf heeft vaak de middelen niet om dit te voldoen.’

De grootste oorzaak van faillissementen is een verouderd bedrijfsmodel, meldt PwC op basis van de Bijzonder Beheer Barometer. Bij ruim zeventig procent van de dossiers die binnenkomen bij afdelingen Bijzonder Beheer, zou het bedrijfsmodel de oorzaak zijn van het echec.

In het bijzonder de ontwikkelingen op het gebied van AI, klimaat en nieuwe wet- en regelgeving vragen om effectief leiderschap en benadrukken het belang van de executiekracht van de onderneming. Als dat er niet is, kan een bedrijf gemakkelijk in financieel zwaar weer belanden.

PwC stelt dat ook coronaschulden, de aanhoudende inflatie, hoge financieringslasten en geopolitieke spanningen bijdragen aan financiële instabiliteit van bedrijven.