‘Problemen op de woningmarkt worden eerder erger dan minder’

In Nederland worden structureel te weinig woningen gebouwd. En veel van de woningen die gerealiseerd worden zijn te groot en te duur voor veel mensen die juist een huis proberen te bemachtigen. Dat concludeert de NVB Vereniging voor ontwikkelaars & bouwondernemers in een halfjaarlijks rapport over de woningmarkt. Daaruit komt vooral naar voren dat de situatie verslechtert.

De NVB, wiens leden goed zijn voor 80 procent van de productie van nieuwbouwwoningen, merkt op dat de verkoop van nieuwbouwwoningen al minder werd door de stikstofproblematiek. De coronacrisis zorgt daarbovenop voor extra zorgen bij consumenten en vertraagt ook de afgifte van bouwvergunningen.

Om de problemen op de woningmarkt op te lossen zijn volgens de NVB per direct 315.000 woningen nodig. Dat zijn meer huizen dan de stad Rotterdam in zijn geheel telt, verduidelijkt de NVB. Na volgend jaar moeten er 625.000 woningen gerealiseerd zijn.

"Hoewel de markt voor bestaande koopwoningen overkookt, daalde de verkoop van nieuwbouwwoningen in 2019 met 12 procent. Daarmee is sprake van de de grootste verkoopdaling van nieuwbouwwoningen sinds 2012", aldus de NVB, die in het bijzonder wijst naar prijsstijgingen die het consumenten moeilijk maakt een woning te bemachtigen.

De vereniging vindt dat het Rijk de regie moet pakken, onder meer door plekken aan te wijzen waar woningen gerealiseerd mogen worden. Verder roept de NVB de sector op om meer goedkope woningen te realiseren. Dit zou volgens de NVB goed kunnen door ook kleiner en dichter op elkaar te bouwen.