President Rekenkamer: Rijk moet gaan boekhouden volgens baten-lastenstelsel

Het invoeren van een baten-lastenstelsel door de rijksoverheid zou een democratische kwaliteitsverbetering zijn, omdat het een betere controle oplevert op overheidsuitgaven die zijn betaald met belastinggeld. Dit boekhoudstelsel zou het budgetrecht van het parlement versterken en kan ook de basis leggen voor hernieuwd vertrouwen van burgers in de democratie. Dit pleidooi houdt de president van de Algemene Rekenkamer Arno Visser deze week in zijn jaarlijkse essay in Elsevier Weekblad.

Visser noemt het huidige kas-verplichtingenstelsel – bedacht in de Middeleeuwen en dankzij de Verenigde Oost-Indische Compagnie al in de zeventiende eeuw in het huidige Nederland geïntroduceerd – ‘achterhaald’. Een baten-lastenstelsel zou vanuit democratisch oogpunt een grote verbetering zijn, omdat het volksvertegenwoordigers en belastingbetalers veel beter inzicht geeft in de structurele baten en lasten van een politiek besluit.

"Als we willen dat publiek geld zinnig, zuinig en zorgvuldig wordt besteed, helpt invoering van een baten-lastenstelsel de volksvertegenwoordigers om daar namens de belastingbetalers beter op te letten", aldus Visser. Hij wijst erop dat bijna alle EU-landen (op Duitsland na) het baten-lastenstelsel inmiddels hanteren.

President Visser van de Algemene Rekenkamer sluit met zijn pleidooi aan bij de aanbevelingen die de zogeheten Adviescommissie Verslaggevingsstelsel rijksoverheid voorjaar 2017 deed. Deze commissie nam op verzoek van minister Jeroen Dijsselbloem (PvdA) en de Algemene Rekenkamer de spelregels voor de boekhouding van de rijksoverheid onder de loep en adviseerde om stapsgewijs over te gaan op een baten-lastenstelsel.

Dijsselbloem liet een politieke reactie op de aanbevelingen over aan het nieuwe kabinet. Volgens Visser is het nu aan Dijsselbloems opvolger, minister Wopke Hoekstra (CDA) van Financiën, om aan te geven wat Nederland wil, zowel nationaal als internationaal.