Pensioenen onder druk

In twee jaar is pensioenuitkering van DC-premieregeling bijna 5 procent geslonken.

Een 40-jarige werknemer met een modaal inkomen zag de pensioenuitkering in de DC-regeling (waarbij de uitkering niet vaststaat) dalen van 856 euro naar 818 euro per maand. De huidige lage rentestanden zijn de oorzaak. Het verschil met een pensioenuitkering via de middelloonregeling (DB-regeling ) is groot: uitgaande van 3 procent rekenrente kan dezelfde 40-jarige werknemer met een modaal inkomen en een middelloonregeling op dit moment een pensioenuitkering van 1.019 euro per maand tegemoetzien. Zo’n 1 op de 7 werknemers heeft een DC-regeling en dit aantal zal als gevolg van het pensioenakkoord verder toenemen.

Dat blijkt uit de Pensioenvergelijker van Aon, wereldwijd adviseur op het gebied van risico-, pensioen- en gezondheidsoplossingen. De Pensioenvergelijker is een index waarmee Aon ieder kwartaal de potentie van beschikbare premieregelingen peilt.

Marktrente en aandelenkoersen
De index stond eind juni 2019 op 104 punten; eind september 2017 was dat nog 94 punten. Aandelen rendeerden de afgelopen jaren goed, met zo’n 10 procent rendement per jaar. Dit veroorzaakt dan ook de stijging. Hoewel de absolute rendementen dus zeer goed zijn, weegt de nog sterker gestegen prijs van het aankopen van pensioen door de daling van de marktrente zwaarder. Dit vlakt het positieve effect af. Ter illustratie hiervan is de index over het afgelopen kwartaal dan ook met 7 punten gedaald.

Vergelijking met middelloon pensioenfondsen
Ondanks de penibele situatie van de Nederlandse pensioenfondsen is de verwachte uitkering uit een beschikbare premieregeling gemiddeld gezien aanzienlijk lager dan die uit een middelloonregeling, mits in beide regelingen fiscaal maximaal wordt opgebouwd. In dat geval zijn de pensioenpremies voor een middelloonregeling in de praktijk hoger. De beleidsdekkingsgraad voor pensioenfondsen daalde in de afgelopen maanden naar 103 procent. Deze dekkingsgraad zal nog verder dalen door de lage dekkingsgraden in met name het laatste deel van 2019. In de vergelijking is overigens geen rekening gehouden met de mogelijkheid dat pensioenfondsen de pensioenaanspraken korten.

Gerelateerde artikelen