Pensioen in eigen beheer: afschaffing en gefaciliteerde beëindiging
Ten behoeve van de afschaffing van het pensioen in eigen beheer wordt een gefaciliteerde beëindiging voorgesteld. Dit betekent dat de reeds opgebouwde verplichtingen met ingang van 1 januari 2017 worden bevroren. Verdere dotaties zijn niet langer mogelijk. De
bestaande aanspraken moeten nog wel actuarieel worden gewaardeerd. Het verschil tussen de commerciële en fiscale waarde blijft bestaan.
De directeur-grootaandeelhouder (dga) krijgt gedurende een periode van drie jaar de mogelijkheid geboden zijn opgebouwde (en inmiddels bevroren) pensioenaanspraak af te kopen. Deze afkoopmogelijkheid betekent het volgende:
• de pensioenaanspraak wordt fiscaal geruisloos (zonder loonbelasting, revisierente en vennootschapsbelasting) afgestempeld naar het niveau van de waarde van de pensioenverplichting op de balans voor de heffing van vennootschapsbelasting (fiscale waarde van de pensioenverplichting);
• de fiscale waarde van de pensioenverplichting voor de afstempeling vormt het uitgangspunt voor de vaststelling van de grondslag van de loonbelasting die verschuldigd is ter zake van de afkoop. Op deze grondslag wordt een korting verleend. In 2017 geldt een korting van 34,5%, in 2018 een korting van 25% en in 2019 een korting van 19,5%. Deze korting is maximaal de korting berekend over de fiscale balanswaarde van de pensioenverplichting ultimo 2015;
• ter zake van de afkoop is geen revisierente verschuldigd;
• de dga voor wie afkoop geen reële optie is, wordt de mogelijkheid geboden om de pensioenaanspraak op het moment van het fiscaal geruisloos afstempelen naar het niveau van de fiscale waarde van de pensioenverplichting om te zetten in een aanspraak ingevolge een oudedagsverplichting.