Outdoor-activiteiten evenementenbureau vallen niet onder verlaagd btw-tarief

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft onlangs in hoger beroep geoordeeld dat de outdoor-activiteiten van een activiteiten – en evenementenbureau op Terschelling niet onder het verlaagde btw-tarief van 6% vallen. Het hof vernietigd een eerdere uitspraak van Rechtbank Noord-Nederland.

Het evenementenbureau organiseert diverse buitenactiviteiten voor particulieren en voor de zakelijke markt. Zo worden onder meer bedrijfsuitjes, teambuildingsuitjes, zakelijke evenementen en schoolreisjes verzorgd. De activiteiten vinden voornamelijk plaats op zee, op het strand en in de duinen van Terschelling.

In 2014 oordeelde de rechtbank dat op de omzet behaald met de activiteiten in plaats van het algemene tarief van 19%, het verlaagde tarief van 6% kan worden toegepast. Maar het hof ziet dat anders en geeft de Belastingdienst, die in beroep was gegaan tegen de uitspraak van de rechtbank, gelijk.

In het onderhavige geval worden de door belanghebbende georganiseerde activiteiten verricht op het strand, in zee, in het bos en in de duinen, maar zij heeft voor geen van die activiteiten het exclusieve gebruiksrecht van de locaties waar zij die verricht. Al die locaties behoren tot de openbare ruimte, waar belanghebbende derden niet kan weren. Het strand, de zee, het bos en de duinen verliezen tijdens het gebruik ervan voor de door belanghebbende georganiseerde activiteiten niet hun algemene gebruiksmogelijkheden en functie. “Het vorenstaande brengt mee dat niet gezegd kan worden dat sprake is van een accommodatie waarvan de deelnemers aan de door belanghebbende georganiseerde activiteiten gebruik maken, die slechts openstaat voor degenen die belanghebbende daartoe het recht heeft verleend en dat het terrein met de daarbij behorende voorzieningen voor de duur van de sportbeoefening gereserveerd zijn voor die sportbeoefening. Gelet op dit een en ander is redelijkerwijs niet voor twijfel vatbaar dat met betrekking tot de door belanghebbende voor haar activiteiten gebezigde locaties geen sprake is van een sportaccommodatie in de zin van post 14 van Bijlage III bij de Btw-richtlijn,” aldus het hof.

Gerelateerde artikelen