Ondanks economische groei nog steeds helft van facturen te laat betaald

Net als in het eerste kwartaal van 2018 hebben Nederlandse bedrijven ook in het begin van 2019 te maken gekregen met langzame betalers. Uit een analyse van Payt, aanbieder van software voor debiteurenbeheer, van ruim 1,8 miljoen facturen blijkt dat slechts iets meer dan de helft van de facturen in het eerste kwartaal op tijd is betaald.

In het eerste kwartaal zijn het, net als in 2018, bedrijven in de verhuur van roerende goederen en zakelijke dienstverlening die te maken hebben met een slechte betaalmoraal. Zij moeten net iets minder dan een maand (29 dagen) op uitbetaling wachten. Dit zijn de bedrijven die gemiddeld het langst op hun geld wachten. De gezondheidsbranche bleek uiteindelijk de snelste betalers te hebben in het eerste kwartaal: het geld was daar binnen twintig dagen overgemaakt.

In 2018 liep het aantal betalingen dat vóór de eerste herinnering binnen was op van 60 procent naar 63 procent. De stijgende lijn die vorig jaar werd ingezet, heeft zich nu verder doorgezet in het eerste kwartaal van 2019. In dit kwartaal werd 63,4 procent van de facturen vóór de eerste herinnering betaald.

De groot- en detailhandel heeft te maken met de beste betaalmoraal: nog minder dan 1% van de facturen uit het eerste kwartaal staat drie maanden na afloop van het kwartaal nog open. 

Net als in het grootste deel van 2018 hebben bedrijven in advisering, onderzoek en zakelijke dienstverlening te maken met de slechtste betalers, met 1,6% van de facturen die 3 maanden na afloop van het kwartaal nog open staan.

Bedrijven die gevestigd zijn in Drenthe en Groningen hebben in het eerste kwartaal van 2019 het snelst betaald gekregen. Het duurde daar gemiddeld 22 dagen voordat zij het geld overgemaakt kregen. De provincies Friesland, Gelderland en Flevoland lopen flink achter op Drenthe en Groningen. Daar hebben ondernemers respectievelijk 27, 26 en 26 dagen op hun geld moeten wachten.