OM schrapt deel aanklacht Vestia-verdachten

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft op de eerste dag van het fraudeproces rond woningcorporatie Vestia een deel van de aanklacht tegen de hoofdverdachten ingetrokken. De advocaten van de verdachten wilden om het betreffende punt zoveel getuigen oproepen, dat justitie het verwijt liever schrapt om te voorkomen dat het proces erg lang gaat duren.

In totaal staan er zeven verdachten voor de rechter, waaronder voormalig kasbeheerder Marcel de V. en tussenpersoon Arjan G. Volgens het OM hebben ze zich schuldig gemaakt aan fraude bij de handel met zogeheten derivaten.

Vestia kwam in 2012 in financieel zwaar weer door grote tegenvallers op dit soort overeenkomsten die waren bedoeld om renterisico’s af te dekken. Het bedrijf ging voor ruwweg 2 miljard euro het schip in. Andere woningcorporaties moesten bijspringen om de grootste corporatie van Nederland overeind te houden.

Het ging maandag overigens nog maar om een regiezitting, waarbij de partijen verzoeken tot het oproepen van getuigen konden indienen. Inhoudelijk wordt de zaak pas in maart volgend jaar behandeld.

Het punt in de aanklacht dat is geschrapt betreft de beschuldiging dat twee verdachten de banken hadden verzocht om in contracten weg te laten dat zij voor hun werkzaamheden een commissie zouden opstrijken. De verdediging wilde hierover graag veel bankiers laten getuigen om op die manier ook de rol van de banken bij de zaak te betrekken.

 

(ANP)

Gerelateerde artikelen