Nu ook massaal bezwaar box 3 2017

De belastingheffing in box 3, de zogenaamde vermogensrendementheffing, is al jaren een doorn in het oog van veel belastingplichtigen.

De grootste klacht is dat de forfaitair vastgestelde rendementen in de werkelijkheid bij lange na niet gehaald (kunnen) worden. In een Besluit van 14 juli 2018 heeft de staatssecretaris van Financiën de bezwaarschriften tegen de vermogensrendementheffing in de aanslag inkomstenbelasting 2017 (IB 2017) als massaal bezwaar aangewezen.  

Dat meldt het Register Belastingadviseurs (RB). 

Dit betekent dat tijdig ingediende bezwaren tegen de vermogensrendementheffing in de aanslag IB 2017 collectief worden afgedaan en daarvoor proefprocedures worden aangewezen. Ondernemers en hun adviseurs die tijdig bezwaar maken, kunnen hierop meeliften. 

De adviseur hoeft dan niet zelf de bezwaarprocedure bij de Belastingdienst en de beroepsprocedures bij de verschillende rechters te voeren, met de daaraan verbonden kosten. Wie zijn bezwaarschrift vóór 15 juli 2018 heeft ingediend is in ieder geval op tijd. In alle andere gevallen moet binnen zes weken na de aanslag bezwaar gemaakt zijn. Wie niet tijdig bezwaar maakt, kan niet meer meeliften. 

Als in het bezwaarschrift ook bezwaar tegen andere onderdelen gemaakt worden dan de vermogensrendementheffing (bijvoorbeeld de aftrek hypotheekrente of dergelijke), dan wordt het bezwaarschrift gesplitst. In dat geval beoordeelt de inspecteur apart de bezwaren tegen die andere onderdelen en daarop volgt een individuele uitspraak. 

Bent u het met die individuele uitspraak niet eens, dan moet u daartegen afzonderlijk en dus individueel bij de rechtbank in beroep gaan.

Gerelateerde artikelen