Nederland klaar voor klimaatverandering
Nederland sterk genoeg om veranderingen die de maatschappij kunnen ontwrichten, zoals klimaatverandering, economische en politieke instabiliteit en verstoringen door nieuwe technologieën op te vangen.
In de KPMG Change Readiness Index 2019 neemt Nederland een tiende positie in. Voor het onderzoek zijn wereldwijd 140 landen onderzocht op hun wendbaarheid en veerkracht. De veerkracht van een land wordt gemeten aan de hand van het vermogen van bedrijven, overheden, regelgevers, de gemeenschap en individuele burgers om met grote maatschappelijke veranderingen om te gaan.
“Hoe landen zich voorbereiden en reageren op plotselinge schokken of veranderende trends is van grote invloed op het welzijn van mens en maatschappij”, zegt Jerwin Tholen van KPMG Sustainability.
Tholen: “Klimaatverandering is één van de grootste uitdagingen waarmee de wereldbevolking te maken heeft. Landen die er niet in slagen de gevolgen ervan op waarde te schatten, zullen ook niet voorbereid zijn op de groeiende kosten die de klimaatverandering met zich meebrengt. Dat betekent dat deze verhaald zullen worden op de burgers, op bedrijven en de landelijke economie.
CEO’s zien klimaatverandering ook als belangrijkste risico voor groei. Het adequaat omgaan met de gevolgen van klimaatverandering vereist dan ook nauwe samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en de burger. Om voldoende capaciteit op te bouwen, samen tot besluitvorming te komen en op grote schaal oplossingen te realiseren. Het recent gepubliceerde klimaatakkoord richt zich vooralsnog primair op emissiereductie.”
Zwitserland voert ranglijst aan
Uit het onderzoek van KPMG blijkt dat Zwitserland het best bestand is tegen gebeurtenissen die landen kunnen ontwrichten. Het land is vooral veerkrachtig vanwege haar flexibele arbeidsmarkt, de economische verscheidenheid, de open economie en de aandacht die het heeft voor innovatie en onderzoek & ontwikkeling.
Daarnaast beschikt Zwitserland over een uitstekend ondernemingsklimaat, waardoor bedrijven bereid zijn aanzienlijk te investeren in de economie. En de solide financiële infrastructuur biedt ondernemers en ondernemingen voldoende en solide financiering, waardoor zij in staat zijn de zakelijke mogelijkheden die het land biedt, te benutten. Zwitserland wordt gevolgd door Singapore, Denemarken, Zweden en de Verenigde Arabische Emiraten.
Nederland scoort vooral goed als het gaat om het opleidingsniveau van de werknemer en de mate waarin ondernemerschap door de overheid wordt gestimuleerd. Tholen: “En ons land beschikt over een aantal ‘sociale vangnetten’, waardoor de saamhorigheid in de samenleving groot is. Bovendien maakt ons land gebruik van de nieuwste technologieën en beschikken wij over een uitstekend zorgstelsel, waardoor de arbeidsproductiviteit hoog is.”
Minder welvaart, minder veerkracht
De rijkdom van landen blijkt sterk gerelateerd aan het vermogen om adequaat op veranderingen te reageren. Tholen: “Veel landen in de Europese Unie staan in de top 40 en zijn wereldwijd dan ook meer dan gemiddeld voorbereid op de gevolgen van klimaatverandering. Veel landen met een laag of laag tot midden inkomen bevinden zich lager op de ranglijst en lopen niet alleen een grotere kans dat zij te maken krijgen met de negatieve gevolgen van klimaatverandering. Zij zijn ook minder weerbaar en beschikken over minder middelen om milieumaatregelen te kunnen invoeren.
Opkomende landen als Chad, Zuid-Sudan en Afghanistan bijvoorbeeld, maar ook de landen ten zuiden van de Sahara en Zuid-Azië. Van de ontwikkelde landen lopen met name Japan, Singapore en Hong Kong meer risico op het gebied van klimaatverandering, maar vertonen zij ook meer veerkracht. Landen met een laag inkomen ondervinden grote problemen om hun weerbaarheid te vergroten. Zij ontberen niet alleen financiële middelen, zij beschikken ook niet over de vereiste wetgeving. Veel van deze landen zijn in het verleden bovendien al geconfronteerd met natuurrampen, politieke onrust en conflicten. Landen die meer dan gemiddeld bloot staan aan klimaatverandering en andere verstoringen en hiertegen slecht opgewassen zijn, moeten de oplossing met name zoeken in het versterken van hun financiële systeem.
Een sterk systeem vormt een belangrijke oplossing voor mensen die getroffen zijn door een ramp en behoefte hebben aan inkomen van de overheid. Dat geldt ook voor de aanwezige technologie, zoals de publieke toegang tot informatie. Een adequate technologische infrastructuur biedt burgers de mogelijkheid te blijven communiceren en betalingen te kunnen doen. Bovendien kunnen ‘early warning systems’ voor mogelijke natuurrampen zo hun werk blijven doen.
(bron: KPMG)