Nederland en Duitsland slingeren innovatie samen aan

Duizenden Nederlandse mkb-bedrijven krijgen hulp voor slimmer produceren.

De samenwerking tussen Nederland en Duitsland op het terrein van de energietransitie, slimme toepassingen, mobiliteit, zorg en sleuteltechnologieën moet beter. Om die reden zetten de landen en het bedrijfsleven hun handtekening onder een innovatiepact.

Volgens minister Sigrid Kaag (Buitenlandse Handel) is samenwerking bij innovatie en technologie essentieel om de concurrentiepositie te versterken en te werken aan een groene en duurzame groei. Het handelspact is daarmee volgens haar meer dan een akkoord om de handelsrelatie te verbeteren.

Volgens de ondertekenaars wordt er direct vaart gemaakt met het verbeteren van de samenwerking. Zo gaat een zogeheten fieldlab duizenden Nederlandse en Duitse mkb-bedrijven direct helpen om hun productie slimmer en efficiënter te maken. Ook staat begin februari een waterstofdag gepland. Op dit evenement wordt de ontwikkeling van een waterstofeconomie aan weerszijden van de grens gestimuleerd.

Duitsland en Nederland zijn van oudsher belangrijke handelspartners met nauwe economische banden. Volgens ondernemersorganisaties als FME, VNO-NCW en Topsector HTSM ontstaan met dit pact nieuwe mogelijkheden voor samenwerking tussen Duitse en Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen.

Het pact wordt vanuit Duitse zijde door minister van Economische Zaken Peter Altmaier en de Duitse industriefederatie BDI ondertekend. Naast minister Kaag zet ook staatssecretaris Mona Keijzer (Economische Zaken) haar handtekening onder het akkoord. Ook Ingrid Thijssen van VNO-NCW, Ineke Dezentjé-Hamming van FME en Smart Industry en Marc Hendrikse van Topsector HTSM ondertekenen het pact.

Het Innovatiepact bouwt voort op het Duits-Nederlandse regeringsoverleg dat in oktober 2019 in Berlijn was.

(ANP)