Naheffing: ‘Belastingdienst sloeg genadeloos toe’

Een naheffing van 40.000 euro door de belastingdienst over één boekjaar viel de uitbater van een lunchcafé rauw op het dak.

Zaaknummer: 18/446

De ondernemer dacht dat zijn financiële zaken in goede handen waren van zijn registeraccountant en dat zij hem had moeten behoeden voor vermeende fouten in zijn administratie.

Na er jarenlang als kok te hebben gewerkt nam de uitbater de zaak over van zijn baas.  Inclusief diens wijze van administreren en het accountantskantoor. Hij had alleen de pech dat de fiscus boekenonderzoek kwam doen over het jaar 2013, dat was bij de vorige eigenaar nog nooit gebeurd. De belastingdienst sloeg genadeloos toe. Zo heeft er een correctie plaatsgevonden op de aangegeven omzet, met als motivatie dat er een receptenboek ontbrak. Daardoor zou het niet mogelijk zijn de inkoopkosten van gerechten uit te splitsen. Door correctie op de netto-omzet werd het resultaat uit onderneming fors hoger bijgesteld. 

De horecaman meent dat zijn accountant hem niet goed heeft begeleid bij het opzetten van zijn administratie en geen aanwijzingen heeft gegeven dat het niet goed kon zitten. De RA had rekening moeten houden met de meer specifieke horeca-aspecten van de onderneming, stelt zijn advocaat. Ook bood ze hem geen oplossing in het geschil met de fiscus en heeft ze haar cliënt ‘volstrekt stuurloos’ gelaten. “Mijn cliënt leeft nog steeds onder het juk van een afbetalingsregeling met de belastingdienst.”

Het voeren van de administratie behoorde echter niet tot de opdracht van de accountant, voert haar advocaat aan. Dat was uitdrukkelijk overeengekomen. Zij stelde de jaarrekening samen, op grond van de cijfers die ze kreeg aangeleverd en deed de btw-aangifte. Ze had geen redenen te twijfelen aan de administratievoering: haar cliënt had de nodige horeca-ervaring en liet zich bijstaan door een horeca-adviseur en een administrateur.

Afgezien daarvan: tot op de dag van vandaag vindt de accountant dat de belastingdienst het bij het verkeerde eind heeft gehad. De exploitant had het gevecht met de belastingdienst moeten aangaan en niet zijn pijlen op haar moeten richten, is het standpunt.

Eén punt riep bij de Accountantskamer wel wat vragen op. Zo is bij de belastingaangifte onder het kopje privé-onttrekkingen steeds nul ingevuld. Terwijl er wel privé uit de zaak dingen werden meegenomen. “Maar dat waren producten die tegen de einddatum houdbaarheid zaten”. Het ging niet om de grootste correctie van de belastingdienst trouwens zo merkte de voorzitter op. 

Uitspraak van de Accountantskamer over een maand of vier. 

Gerelateerde artikelen