Minder wettelijke controleopdrachten? Maak een keuze over Wta-vergunning

Is het aanhouden van de Wta-vergunning nog wel aantrekkelijk bij een beperkt aantal wettelijke controleopdrachten? Niet altijd: het blijkt mogelijk de vergunning op te geven zonder de relatie met de klant te beëindigen.

De invloed van de wijziging van Titel 9 Boek 2 BW op het aantal wettelijke controleopdrachten verschilt per accountantsorganisatie. Bij de ene accountantsorganisatie vallen slechts enkele opdrachten weg, bij de andere betekent de wijziging een forse daling van het aantal wettelijke controleopdrachten.

Dit roept de vraag op of het zelfstandig aanhouden van de Wta-vergunning bij een beperkt aantal wettelijke controleopdrachten nog wel rendabel. Rendabel in meerdere opzichten, niet alleen in direct financieel opzicht. Ook indirect zijn er hogere kosten door het (zwaardere) stelsel van interne kwaliteitsbeheersing en het op peil houden van de deskundigheid van het personeel en daarmee de kwaliteit van de uitvoering van de opdrachten.

Het aanhouden van de Wta-vergunning betekent dat jaarlijks een financiële bijdrage is verschuldigd aan de AFM. Daarnaast geldt dat sprake is van hogere kosten van hetzij de SRA-Reviewcommissie, hetzij de NBA Raad voor Toezicht voor de periodieke kwaliteitstoetsing. Met onder druk staande controlebudgetten leidt dit tot de vraag of deze kosten kunnen worden gedekt uit de opbrengsten van de wettelijke controleopdrachten? Zo niet, dan staat het verdienmodel als geheel onder druk.

Door de zwaardere eisen die worden gesteld aan het interne stelsel van kwaliteitsbeheersing van de accountantsorganisatie die wettelijke controles uitvoert dienen ook de betrokken medewerkers aan zwaardere eisen te voldoen. Te denken valt aan de OKB-procedure, de schendingenregistratie, maar ook aan de te treffen maatregelen in het kader van het NBA-Rapport ‘In het Publiek Belang’. Daarnaast geldt bij slechts een beperkt aantal (wettelijke) controleopdrachten dat het in stand houden van de deskundigheid van de medewerkers betrokken bij de uitvoering van deze opdrachten een zware belasting kan vormen. Bij onvoldoende uitdaging voor deze medewerkers bestaat daarnaast ook het risico dat deze medewerkers de organisatie verlaten.

Alternatieven
In plaats van het zelfstandig aanhouden van de Wta-vergunning kan gekozen worden voor het elders onderbrengen van de (wettelijke) controleopdrachten en andere assurance opdrachten. Dit kan bijvoorbeeld aan:

  • een service-organisatie – met Wta-vergunning – waarvan de accountantsorganisatie lid is;

  • een accountantsorganisatie waarmee het kantoor in een netwerk is verbonden;

  • een andere accountantsorganisatie in of buiten de eigen regio.

De tweede en derde mogelijkheid hoeven geen bedreiging te vormen voor het behouden van de relatie met de cliënt. Sterker nog, door de (wettelijke) controle onder te brengen bij een accountantsorganisatie die actief is in dezelfde regio als de huidige accountant en de klant is sprake van korte communicatielijnen tussen de verschillende partijen. Ook hebben alle betrokkenen dan kennis van de directe omgeving waarin de klant is gevestigd. Voordelen die een accountantsorganisatie buiten de eigen regio niet heeft.

Goede partner
Door uitsluitend de wettelijke controleopdrachten onder te brengen bij een andere accountantsorganisatie geldt voor beide accountantspraktijken dat enkele mogelijke bedreigingen op grond van de Verordening inzake de onafhankelijkheid bij assurance opdrachten (ViO) niet van toepassing zijn. De ‘huisaccountant’ is verantwoordelijk voor de ondersteuning van de klant bij de jaarafsluiting en/of het opstellen van de jaarrekening en bijvoorbeeld het verzorgen van de fiscale aangiften. Ook voor adviesdiensten zal de klant zich tot zijn huisaccountant blijven wenden.

Gezien de afname van het aantal niet-OOB-kantoren in 2015 van 403 tot 347 is een van bovenstaande mogelijkheden een keuze die door accountantsorganisaties daadwerkelijk wordt toegepast. Tenslotte blijkt de afname niet alleen te zijn veroorzaakt door kantoren die 36 maanden geen wettelijke controleopdrachten hebben uitgevoerd.

De organisatie waar ik zelf werkzaam ben, ALH van Herwijnen & co accountants te Tiel, beschikt over een Wta-vergunning en heeft voldoende deskundige externe accountants en personeel voor de uitvoering van (wettelijke) controleopdrachten en overige assurance opdrachten. Als kantoor kiezen we er voor om ook zogenaamde Audit-only opdrachten uit te voeren. Zo houden accountants in de regio hun klanten en bouwen wij aan de deskundigheid en de kwaliteit van onze accountantsorganisatie. En streven we ernaar een goede partner te zijn voor accountantskantoren zonder Wta-vergunning maar met wettelijke controleklanten.

[drs. Olivier Walravens RA is manager Audit/Vaktechniek bij ALH van Herwijnen & co accountants te Tiel. Hij schrijft zijn bijdragen op persoonlijke titel.]

Gerelateerde artikelen