Milieubelastingen brengen 24 miljard euro op
Huishoudens betaalden in 2014 van elke euro van deze belastinginkomsten 66 eurocent. De overige 34 eurocent werd afgedragen door het bedrijfsleven. Milieubelastingen en –heffingen maakten 16,2 procent uit van de totale belastingopbrengsten. Vergeleken met andere EU-landen zijn de Nederlandse milieubelastingen en -heffingen relatief hoog.
Vooral autobezit, brandstof en energieverbruik belast
De overheid incasseerde in 2014 voor 19,4 miljard euro aan milieubelastingen en 4,5 miljard aan milieuheffingen. Milieubelastingen gaan naar de algemene middelen van de overheid en zijn vooral gekoppeld aan het bezit en gebruik van auto’s of motoren en energieverbruik. Grote posten zijn de motorrijtuigenbelasting (5,4 miljard), accijnzen op brandstoffen (7,9 miljard) en energiebelasting op aardgas en elektriciteit (4,4 miljard). Milieuheffingen dienen ter bekostiging van specifieke milieudoeleinden. De afvalstoffenheffing, reinigingsrechten en rioolrechten zijn de belangrijkste posten. De belangrijkste verschuiving van de laatste jaren is dat er minder BPM werd ontvangen en meer motorrijtuigenbelasting. Het aandeel van de milieubelastingen en –heffingen in de totale belastingopbrengsten is al twintig jaar vrij constant.
Milieubelastingen en -heffingen hoog vergeleken met andere EU-landen
Vergeleken met andere EU-landen zijn de milieubelastingen en -heffingen in Nederland relatief hoog. Milieubelastingen hadden in 2013 een aandeel van 9 procent in het totaal van de ontvangen belastingen inclusief sociale premies. Alleen in Griekenland, Kroatië, Bulgarije en Slovenië was dit percentage hoger. In Frankrijk en België maken de milieubelastingen daarentegen een relatief klein deel uit van het totaal belastingen en sociale premies (4,5 procent). In alle EU-landen bestaat het leeuwendeel van de milieubelastingen uit belastingen op energie. In Tsjechië, Litouwen en Luxemburg is dat zelfs meer dan 90 procent.
Nederland staat binnen Europa ook op de vijfde plaats als de inkomsten uit milieubelastingen worden afgezet tegen de omvang van de economie (het bbp). De verhouding kwam in 2013 uit op 3,3 procent, tegen een EU-gemiddelde van 2,5 procent . In Denemarken zijn de inkomsten uit milieubelastingen in relatie tot het bbp met 4,3 procent het hoogst en in Litouwen met 1,6 procent het meest bescheiden. Naast milieubelastingen zijn er bijvoorbeeld ook milieusubsidies die het milieu ten goede komen. Een internationale vergelijking daarvan is niet voorhanden.