‘Memorandum Accountant in Business niet in strijd met gedrags- en beroepsregels’
Zaaknr 24/2621
Over deze zaak: Tuchtrecht: ‘RA maakte ‘rammelend memorandum’ voor rechtszaak’
De CFO en Accountant in Business (AiB) van een producent van betonnen sierbestrating heeft volgens de Accountantskamer zijn RA-titel niet misbruikt in een memorandum om de nieuwe eigenaar van dit bedrijf munitie te verschaffen voor een rechtszaak tegen de verkoper.
Het document is dus geen rapport van een accountant dat in opdracht van een derde is opgesteld, waarbij de accountant zelf geen belang heeft bij de uitkomst van een geschil. Dat de AiB in het begin van het memorandum heeft vermeld dat hij RA is, doet hier niets aan af.
Excluton heet het bewuste bedrijf. Gilde Equity Management verwierf in 2022 een meerderheidsbelang in deze onderneming. Dit investeringsfonds nam deze aandelen destijds over van Frans van Haren, oprichter en voormalig CEO van Excluton. Gilde betaalde hiervoor 101 miljoen euro – 52 miljoen euro direct, de rest zou later in twee tranches worden betaald wanneer aan bepaalde voorwaarden was voldaan. Gilde bracht deze aandelen onder in Metropool BV.
De RA begon op 1 april 2023 op verzoek van Gilde/Metropool als de nieuwe CFO van Excluton. De administratie die hij toen aantrof was ‘een rommeltje’. Of in de woorden van Jan Garvelink, diens advocaat, november vorig jaar tijdens de zitting ‘een augiasstal. Hoe groter de stal, hoe lastiger het is deze op te ruimen’.
Er bleek volgens de nieuwe CFO vooral veel mis met de administratie van de voorraden. Om die te kunnen inventariseren op het liefst 40 hectare grootte bedrijfsterrein van Excluton huurde hij zelfs een drone-bedrijf in. Conclusie: de voorraden bleken de afgelopen vier jaar stelselmatig te hoog gewaardeerd. Alleen de telling van de bulkvoorraden grondstoffen leidde al tot een verschil van 7,2 miljoen euro.
Op verzoek van de nieuwe CEO van Excluton zette hij zijn bevindingen op papier. Dit memorandum was voor Gilde/Metropool mede aanleiding een flinke schadeclaim in te dienen bij Van Haren. Daarvan had ongeveer een derde – 4,5 miljoen euro – betrekking op de voorraadverschillen.
Een ‘rammelend memorandum’ waarin de CFO/RA ‘verstrekkende beschuldigingen’ uit en dat op tal van punten onvoldoende is onderbouwd, betoogde Waldo de Pree, advocaat van Van Haren tijdens de zitting. “Hij neemt forse stellingen in over vermeende voorraadverschillen en alloceert die tot op de euro nauwkeurig aan specifieke jaren.” Getallen die Metropool/Gilde volgens De Pree rechtstreeks heeft overgenomen in de vordering. “Zijn methodiek, analyses en onderbouwingen bevatten ernstige tekortkomingen.”
De CFO/RA baseerde zich volgens De Pree, die daarbij refereerde aan het verweerschrift, onder meer op gesprekken met werknemers, maar legde echter geen gespreksverslagen over. Een keuze die zou zijn ingegeven door de ‘vrees van werknemers dat Van Haren achter ze aan zou komen als zij in het openbaar verklaren’. Daarmee pleegde hij niet alleen ‘ongefundeerde karaktermoord’, hij had dit zo nooit mogen doen, aldus de advocaat. “Hij had ofwel gespreksverslagen moeten overleggen, ofwel disclaimers moeten plaatsen bij deze beschuldigingen.”
Ook de telmethodiek en de allocatie waren volgens De Pree gebrekkig en slecht onderbouwd. De advocaat wees daarbij onder meer op het meten met drones. Metingen die volgens hem slechts twee en niet – zoals in het verweerschrift vermeld – vijf keer zijn verricht en bovendien slechts 20 procent van de vermeende voorraadverschillen betreffen.
Daarmee handelde de CFO/RA tuchtrechtelijk verwijtbaar, aldus de advocaat. “Hij heeft zijn memorandum opgesteld voor gebruik in een gerechtelijke procedure en zich expliciet als RA geprofileerd. Maar hij heeft niet de daarbij toepasselijke voorschriften en waarborgen in acht genomen.”
Een verwijt waarmee De Pree de plank volledig misslaat, riposteerde Garvelink. “Dit memorandum is geen accountantsrapport. Zo is het ook niet aan de rechtbank gepresenteerd. Mijn client is CFO. Hij heeft in dit memo alleen geschreven wat hij heeft gedaan. Dat is zijn werk. Waarom zou dat niet mogen?”
Het tuchtcollege geeft Garvelink gelijk. Het onderscheid dat klager aanbrengt tussen de positie van betrokkene als accountant enerzijds en die van de koper en de vennootschap anderzijds, is onjuist. Die posities, maar ook het belang van de koper, de vennootschap en betrokkene vallen samen: het ontvangen van schadevergoeding en is ‘slechts een partijstandpunt in een civielrechtelijk geschil’, aldus de maandag gepubliceerde uitspraak.
Ook vindt de Accountantskamer dat klager niet aannemelijk heeft gemaakt dat de RA/CFO opzettelijk in strijd is heeft gehandeld met de gedrags-en beroepsregels. Zo was hij vanwege de aard van het memorandum – een standpunt in een civielrechtelijk geschil – niet verplicht zijn standpunten met bewijzen te onderbouwen. Ook hoefde hij daarom geen hoor en wederhoor toe te passen en nadere informatie te verschaffen over het bedrijf dat de inventarisatie van de voorraad grondstoffen met behulp van drones had gedaan.