‘Meer financieel-economische misdaad ontdekt’
Vier op de vijf Nederlandse bedrijven en andere organisaties geven aan in de afgelopen twee jaar in aanraking te zijn gekomen met financieel-economische criminaliteit.
Dat is een flinke stijging ten opzichte van een jaar eerder, meldt advies- en accountantsbureau PwC dat samen met de Vrije Universiteit zijn Economic Crime Survey hield. Per incident bedraagt de schade gemiddeld bijna 400.000 euro.
Financieel-economische criminaliteit omvat onder meer fraude, bedrijfsspionage en hacken. Vooral die cybercriminaliteit nam toe ten opzichte van twee jaar geleden. Van alle financieel-economische criminaliteit was nu 60 procent cybercriminaliteit. In 2017 ging het nog om een derde van alle gevallen.
Volgens PwC passen de cijfers bij de trend dat hacks door criminele organisaties en staatsgesteunde hackers steeds vaker voorkomen. De water- en energiesector heeft het meeste last van cybercriminaliteit, maar ook de industrie en bouwnijverheid geven aan daar veel mee te maken hebben.
Opvallend is dat Nederlandse bedrijven veel vaker melden last te hebben van financieel-economische criminaliteit dan internationaal gebruikelijk. Dat komt volgens PwC-partner Andreas Mikkers door de opsporingscapaciteit. Nederland is niet kwetsbaarder voor deze vorm van criminaliteit, het wordt alleen vaker ontdekt.