Markt voor alternatieve financiering in Europa neemt toe
Op het vasteland van Europa kent Frankrijk met € 319 miljoen de grootste markt, gevolgd door Duitsland met € 249 miljoen. Nederland neemt in continentaal Europa een derde positie in met een totale waarde van € 111 miljoen.
Dit blijkt uit de Annual European Alternative Finance Industry Survey van KPMG en de Universiteit van Cambridge, een jaarlijks onderzoek onder bijna vierhonderd alternatieve kredietverleners in ruim dertig Europese landen naar de markt voor alternatieve financiering.
Onderlinge kredietverlening
In continentaal Europa is de onderlinge kredietverlening door consumenten de belangrijkste markt als het om alternatieve financiering gaat. Deze markt is goed voor ruim € 365 miljoen, zo’n 36% van totale markt op het continent. De onderlinge kredietverlening door bedrijven is goed voor € 212 miljoen, iets meer dan 20% van de markt. Equity based crowdfunding, waarbij geïnvesteerd wordt op basis van aandelen en obligaties, is met ruim € 159 miljoen goed voor 16%. Invoice trading is op het Europese vasteland aan een stevige opmars bezig. De markt voor deze vorm van alternatieve financiering, waarbij een investeerders openstaande rekeningen van bedrijven overnemen, nam toe van € 7 miljoen in 2014 tot € 81 miljoen in 2015.
Continent zoekt betere toegang tot kapitaal
“Het onderzoek maakt duidelijk dat de markt voor alternatieve financiering in continentaal Europa volwassen wordt en zal blijven groeien”, zegt Ferdinand Veenman, partner bij KPMG en deskundige op het gebied van ondernemingsfinanciering. Veenman: “Ook in de relatief kleine landen. Als we kijken naar de bedragen die omgaan in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten, dan staat alternatieve financiering op het vasteland van Europa echter nog in de kinderschoenen. Vorig jaar ging in het Verenigd Koninkrijk alleen al voor een bedrag van € 4,4 miljard aan alternatieve financiering om. Het is echter een goede zaak dat het totale Europese continent op dit moment experimenteert met alternatieve financiering en kijkt naar nieuwe mogelijkheden die een betere toegang geven tot kapitaal. In Europa zijn bedrijven nog in belangrijke mate afhankelijk van de banken van hun financiering, waarbij het de ondernemingen in het algemeen veel moeite kost om de noodzakelijke kredietverlening van de grond te krijgen.”
Risico’s niet onderschatten
Uit het onderzoek van KPMG en de Universiteit van Cambridge blijkt verder dat de markt voor alternatieve, peer-to-peer financiering steeds verder geautomatiseerd raakt. Ruim 80% van de onderlinge kredietverlening aan consumenten wordt op dit moment via een geautomatiseerde inschrijving afgehandeld. Voor de markt van invoice trading is dit bijna 80%. De onderlinge kredietverlening tussen bedrijven komt in bijna 40% van de gevallen geautomatiseerd tot stand. “De sector blijkt overigens verdeeld als het gaat om de regels die verbonden zijn aan alternatieve financiering”, constateert Veenman. Veenman: “Bijna 40% van de onderzochte platformen vindt dat de regels die verbonden zijn aan crowdfunding en ‘peer-to-peer lending’ adequaat en doelmatig zijn. Zo’n 30% is echter van mening dat de nationale wetgeving veel te strikt is en te ver gaat, ook al realiseren de kredietverstrekkers zich dat aan deze vorm van financiering de nodig risico’s kleven. Vooral de verliezen die investeerders uiteindelijk lijden en het mogelijk omvallen van de bedrijven waarin geïnvesteerd is, worden gezien als de belangrijkste valkuilen. Ook mogelijke fraude en misbruik van het platform waarop gehandeld worden beschouwd als belangrijke gevaren.”