Manifest “Eerlijke” Griffierechten

Eind juni 2017 is de evaluatie van de Wet griffierechten in burgerlijke zaken (Wgbz) afgerond en zijn de uitkomsten daarvan met onder meer de professionele partijen in de markt gedeeld.

De uitkomsten van het WODC ( het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum van het Ministerie van Justitie en Veiligheid) en de Raad voor de Rechtspraak waren naar de mening van de opstellers van dit manifest voorzienbaar.

Doelstelling en waarborgen van de wet griffierechten niet gehaald
De belangrijkste doelstelling van de Wgbz was een vereenvoudiging van het stelsel van griffierechten in civiele zaken. Twee waarborgen waren daarvoor essentieel 1.) De toegang tot de rechter moest gewaarborgd blijven en 2.) De inkomsten uit de griffierechten dienden in lijn te blijven met de kosten van de rechtspraak. De veronderstelde vereenvoudiging blijkt beperkt behaald te zijn als gevolg van de ingevoerde “betaling aan de poort” nu reeds bij aanvang van de procedure de griffierechten voldaan dienen te zijn. Aan de gestelde waarborgen is niet voldaan !

Toegang tot het recht geblokkeerd voor MKB
De griffierechten zijn het sterkst gestegen in de categorie handelszaken met een financieel belang tussen de € 500,- en € 5000,-. Voor een vordering van € 510,- moet een ondernemer maar liefst € 470,- aan griffierechten betalen. De wijziging van het stelsel heeft ertoe geleid dat MKB’ers steeds vaker, vanwege het kostenrisico, moeten afzien van een rechtsgang. Daardoor staat de toegang tot het recht voor deze belangrijke doelgroep ernstig onder druk. Het rapport toont aan dat na invoering van de Wgbz er 20% minder handelszaken zijn aangebracht. 

Dat had als gevolg dat het aantal afgeboekte facturen van 50.000 in 2013 is gestegen naar 130.000 in 2015 waarbij het schadebedrag ten laste van het MKB is verhoogd van € 5 miljoen naar € 45 miljoen (bron: Miljoenenschade door oninbare facturen FD 25 november 2015) Daarnaast is het effect ontstaan dat er voor miljarden aan onbetaalde rekeningen wordt afgeschreven. In 2010 was dit reeds € 15 miljard (bron: Eindrapport: Evaluatie van de wanbetalersregeling “Kort op de bal”, 2011). 

In het regeerakkoord is ingezet op een maatschappelijk effectieve rechtspraak. Deze noodzakelijke effectiviteit is evenwel ernstig onder druk komen te staan omdat het innen van relatief kleine bedragen voor ondernemers een te hoog kostenrisico oplevert. Dit is een ontwikkeling die zorgen baart. Als bedrijven niet meer naar de rechter stappen om kleinere geldvorderingen te verhalen omdat de kosten daarvan te hoog zijn, dan kan dat leiden tot ontduikend gedrag, omdat de stok achter de deur in toenemende mate ontbreekt. Dat kan vooral voor kleinere bedrijven en zzp’ers betekenen dat zij meer met niet betalende klanten worden geconfronteerd en dat kan hen in de nog steeds lastige economische tijden net over een kritische grens duwen en tot faillissementen leiden. De voorzienbare gevolgen voor de door het MKB geboden werkgelegenheid zijn in die context evident.

Schuldenaren ernstig gedupeerd
Geconfronteerd met de incasso van nog relatief lage schulden, ziet iemand die in betalingsproblemen verkeert, zich al gauw geconfronteerd met welhaast een verdubbeling van de schuld als gevolg van door de rechter toegewezen betaling van de griffierechten. Daarmee draagt de overheid negatief bij aan het maatschappelijk probleem van schuldenstapeling.

Hoger beroep
De frequentie waarmee in handelszaken hoger beroep werd ingesteld nam, doordat deze rechtsgang qua griffierechttarifering goedkoper is geworden, met maar liefst 28% toe en ook dit gegeven behoorde niet tot één van de doelstellingen van de overheid.

Overheidsinkomsten evenmin op peil
De overheidsinkomsten uit griffierechten bleven evenmin op peil met de uitgaven aan de Rechtspraak, maar stegen in de periode 2009 – 2012 met maar liefst een percentage van 28% tegen een stijging van de uitgaven met slechts 5%. De conclusie is derhalve gerechtvaardigd dat de inkomsten voor de overheid door de invoering van de Wgbz-tarieven zowel absoluut als relatief, meer zijn toegenomen dan de uitgaven.

Conclusie
De in het regeerakkoord bepleitte maatschappelijk effectieve rechtspraak gaat met betrekking tot de toegankelijkheid van de rechter ten behoeve van het MKB aantoonbaar fout, hetgeen verregaande economische gevolgen heeft die ten laste van een doelgroep komen die in de recente economische crisis toch al het nodige voor de kiezen heeft gehad. Schuldenaren zien zich bij relatief geringe schulden, geconfronteerd met bijna een verdubbeling van het oorspronkelijke schuldbedrag, wat leidt tot ongewenste persoonlijke, sociale – en maatschappelijke gevolgen

Actie
We vragen de Minister van Justitie en Veiligheid om op zo kort mogelijke termijn het griffierecht voor handelsvorderingen tot € 5.000,–. terug te brengen naar € 117,–. om daarmee de drempel te verlagen om toegang tot het recht voor MKB’ers te krijgen. Dat beperkt bovendien het risico dat schuldenaren vanwege het hoge griffierecht in een problematische schuldensituatie terechtkomen.

Dit manifest is opgesteld door:
–    Het Verbond van Creditmanagement Bedrijven VCMB
–    De Vereniging voor Credit Management VVCM
–    De Nederlandse Belangenvereniging Gerechtsdeurwaarders
–    De Vereniging van incasso- en procesadvocaten VIA

Bron: VCMB