‘Lowballing’ blijft een bedreiging voor het gemiddeld kantoor

‘LOWBALLING' ondermijnt de inspanningen van veel kleine en middelgrote kantoren in het VK, volgens accountancymarkt-analisten.
Lowballing is de (scheld)naam die in Groot Brittannië gebruikt wordt voor de praktijk, waarbij sommige kantoren ver onder de prijs werken om zo klanten af te troggelen van concurrenten. De beroepsgroep veroordeelt die taktiek in scherpe bewoordingen – maar dat weerhoudt sommigen er niet van om zo toch te groeien. 
 
Een van de slachtoffers, naar eigen zeggen, was Baker Tilly, die de £8.6 miljoen lagere winst over het vorig boekjaar aan lowballing door anderen toeschreef. Hier en daar hoort men verwijten dat de Big Four via lowballing de markt van de kleine en middelgrote accountants verziekt.
 
Hoe dat ook zij, het komt op alle niveaus voor, aldus senior consultant Phil Shohet  van FoulgerUnderwoodKATO . “Blijkbaar nemen sommigen graag het risico om zo klanten te winnen en daarna de prijzen weer op te drijven. Maar het gevaar bestaat dat die lowballers geen kwaliteit leveren, omdat zij door die lage prijs gedwongen ook teveel klanten aannemen.” Bovendien blijken de klanten ook niet gek en zitten veel lowballers vast aan langjarige contracten voor een te lage prijs. 
 
Gerelateerde artikelen