Kwestie rond kasteel Oud-Wassenaar opnieuw voor de tuchtrechter
Door Michiel Satink
Zaaknr. 21/1583
Over deze zaak: 'Kasteelheer' laaiend over 'beschadigend rapport' RA
,,Dit gaat iedere fatsoensnorm te buiten. Ik overweeg hier werk van te maken'', zei advocaat Jasper van Ginneken halverwege de tuchtzaak. Hij hekelde de woordkeuze van zijn opponent, advocaat en bestuurder van de Monumentenstichting Oud-Wassenaar Dick van Schravendijk. Volgens Van Ginneken worden hij en zijn cliënt van strafbare feiten beticht alleen maar als omhulsel voor kansloze klachten. Hij sprak van minachting jegens de procespartij en vroeg de voorzitter van de Accountantskamer herhaaldelijk om ingrijpen.
Het ging hard tegen hard in de tweede tuchtzaak die de monumentenstichting aanspande tegen de registeraccountant die in opdracht van de provincie Zuid-Holland een Bibob-onderzoek uitvoerde. Een dergelijk onderzoek wordt vaak gedaan om te voorkomen dat een vergunning of subsidie mogelijk wordt misbruikt om geld wit te wassen of om andere strafbare feiten te plegen.
De Accountantskamer oordeelde afgelopen zomer dat de accountant in dat onderzoek meerdere fouten had gemaakt. Volgens de klager nam hij onjuiste beschuldigingen van belastingfraude in zijn onderzoek op. Hij kreeg een berisping. Het kwaad was echter al geschied: de provincie trok de subsidie voor de stichting in en vorderde ook de al verstrekte subsidie in. In een bezwaarprocedure buigt de provincie zich nog over de vraag of die beslissing in stand blijft, of mogelijk wordt teruggedraaid, bleek op de tuchtzitting maandag.
Van Schravendijk was enig bestuurslid toen het monumentale kasteel kennelijk voor ruim acht ton van eigendom veranderde. De nieuwe eigenaar? Van Schravendijk zelf. Daarna werd het doorverkocht aan de man die erna het tweede bestuurslid werd en tegen wie de Bibob-procedure gericht was. Het verkoopbedrag van 3,5 miljoen euro zou 'rondzingen in het Haagse', zoals advocaat Van Ginneken het noemde. Dat was de verklaring dat dit bedrag ook in latere procedures genoemd werd. Maar dat was het verwijt niet, zei Van Schravendijk. Het ging hem erom dat de koopovereenkomst opeens in nieuwe procedures opdook. Dat terwijl zowel de koper als hij dat contract nooit verstrekt hadden. Dan moet dat wel door de RA of diens advocaat gebeurd zijn, suggereerde de bestuurder. ,,Wij waren het niet'', antwoordde Van Ginneken.
De tweede klachtzaak is ernstiger dan de eerste al toegewezen klacht, zei Van Schravendijk. Door een niet-geanonimiseerde versie van de uitspraak van de tuchtrechter te delen heeft de RA de geheimhoudingsplicht geschonden, zei hij. Want in die uitspraak staat geheime Bibob-informatie. Ook suggereerde hij dat de RA vertrouwelijke informatie van de Belastingdienst gebruikt bij 'zijn privé-opdrachten'. De RA is, naast dat hij een eenmanszaak heeft, tevens in loondienst bij de fiscus. Ook heeft hij zijn rol als RA gecombineerd met dat van 'Bibob-rechercheur' en dat kan niet volgens de klager. Een accountant moet objectief en volstrekt integer de hem voorgelegde financiële gegevens beoordelen waar de rechercheur de opdracht heeft een zaak ,,ten behoeve van een bestuursorgaan rond te maken''. De klager ziet hier belangenverstrengeling in.
Dat de RA Bibob-gegevens gedeeld zou hebben is geenszins het geval, zei advocaat Van Ginneken in zijn verweer. ,,Het gegeven dat wordt volgehouden dat cliënt de geheimhouding schendt is schadelijk en raakt de kernwaarden van het ambt van accountant. Cliënt wenst deze klacht verre van zich te werpen.'' Volgens de raadsman leverde Van Schravendijk het kasteel als enig bestuurslid aan zichzelf onder de WOZ-waarde. Hij betaalde de koopsom niet maar vestigde een hypotheek. ,,Behalve dat het zeer opmerkelijk is dat deze transactie vorm heeft gekregen en dat de heer Van Schravendijk er wetenschap van heeft dat het kasteel een hogere waarde kent dan de koopsom, lichten klagers u onjuist in.'' De bestuurder is niet de redder van het kasteel, zei de raadsman, ,,maar heeft het verworven zonder af te rekenen.'' Dat terwijl er jarenlang gemeenschapsgeld in het pand is gestoken.
En dan was er nog de klacht die de RA zou hebben ingediend tegen de klager bij de tuchtrechter voor advocaten. Ook dat is niet het geval, zei Van Ginneken. ,,Cliënt wacht eerst deze procedure af.'' Want ook de klager wordt beschuldigd van vermenging van belangen: hij is tegelijk enig bestuurslid en advocaat van dezelfde stichting. Beide partijen staan later dit jaar nog tegenover elkaar bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven omdat de RA het oneens is met de berisping die afgelopen jaar is opgelegd. De beklaagde zelf blijft bij zijn standpunt dat hij niets fout heeft gedaan. Ook de suggestie dat hij na de uitspraak van de Accountantskamer door ging met zijn 'recherchewerk' werpt hij verre van zich.
De uitspraak: Klachten kwestie kasteel Oud-Wassenaar ongegrond