Kritiek NOB op voorstel ‘Uitbreiding btw-herzieningsregels voor kostbare diensten’

De Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (NOB) uit in een reactie op de internetconsultatie over de ‘Uitbreiding btw-herzieningsregels voor kostbare diensten’een aantal principiële bezwaren tegen het voorstel.

De “Conceptteksten tot aanpassen van artikel 13 tot en met 14 van de Uitvoeringsbeschikking Omzetbelasting 1968” zijn op 18 mei 2017 in consultatie gebracht. Met dit voorstel is het de bedoeling om de btw-herzieningsregels uit te breiden naar zogenoemde ‘kostbare diensten’.

De NOB waardeert dat de voorgenomen uitbreiding in consultatie is gebracht en verzoekt nadrukkelijk om het voorstel in de huidige vorm te heroverwegen op een aantal punten. In haar reactie heeft de NOB namelijk een aantal principiële bezwaren tegen het voorstel geuit.

De NOB meent dat onduidelijk is of de lasten van de voorgestelde regeling opwegen tegen de (financiële) baten (reparatie van fiscale constructies). Daarnaast is de voorgestelde regeling niet richtlijnconform nu de begripsbepalingen uit de directe belastingen niet naadloos aansluiten bij de Btw-richtlijn.

Verder meent de NOB dat als dit voorstel wordt geïmplementeerd eveneens het begrip investeringsgoed in de Wet op de omzetbelasting 1968 en de uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 moet worden geïmplementeerd om de Nederlandse regelgeving aan te laten sluiten bij de Btw-richtlijn.

Lees ook:

Gerelateerde artikelen