Krapte arbeidsmarkt neemt toe, aantal banen op recordniveau

De krapte op de arbeidsmarkt is in het eerste kwartaal verder toegenomen door de aanhoudende groei van het aantal vacatures en een verdere daling van het aantal werklozen.

Het aantal banen nam toe met 127.000 naar een recordhoogte van ruim 11 miljoen, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Bij onder meer Schiphol, de NS en Rijkswaterstaat kwamen de afgelopen weken al problemen naar boven door personeelstekort.

Eind maart stonden er 451.000 vacatures open, 59.000 meer dan aan het einde van het vierde kwartaal. De toename overtreft het record van 392.000 vacatures van het vorige kwartaal. Er stonden afgelopen kwartaal 133 vacatures tegenover elke 100 werklozen, tegen 106 vacatures per 100 eind 2021. Bij alle bedrijfstakken was meer werk. In de handel, zakelijke dienstverlening en zorg waren de meeste vacatures. Gezamenlijk zijn deze drie bedrijfstakken goed voor de helft van alle openstaande vacatures.

Na een krimp in het vierde kwartaal van 2021, toen eind december nog een lockdown gold, groeide het aantal vacatures in de horeca het hardst. Met 112 vacatures op duizend werknemersbanen verdubbelde de vacaturegraad in deze sector. Niet eerder werd in een bedrijfstak een vacaturegraad gemeten van boven de 100.

Het aantal werknemersbanen steeg tot een record van ruim 8,8 miljoen. Het aantal banen van zelfstandigen nam ook toe tot een record van dik 2,4 miljoen. Ruim een op de vijf banen is een zelfstandigenbaan.

Bij de uitzendbureaus kwamen er 57.000 werknemersbanen bij. Dat betekende een stijging van 7,6 procent, de grootste toename in de afgelopen 26 jaar. Door dit herstel is de uitzendbranche weer terug op het niveau van voor corona.

In het eerste kwartaal waren er 338.000 mensen werkloos. Dat is 3,5 procent van de beroepsbevolking. De werkloosheid bereikte hiermee een laagterecord sinds de metingen per kwartaal vanaf 2003. Het onbenut arbeidspotentieel, waarin onder meer ook deeltijdwerkers die meer uren willen werken worden meegenomen, daalde met 75.000 tot 1,1 miljoen. Daarmee daalde het onbenut potentieel voor het zevende achtereenvolgende kwartaal.

Het CBS meldde daarnaast in samenwerking met TNO dat het aantal werknemers met een flexibele arbeidsrelatie in het eerste kwartaal is toegenomen ten opzichte van een jaar geleden. Vooral het aantal flexibele werknemers met relatief meer zekerheid, zoals mensen met een tijdelijk contract met uitzicht op een vast contract, was hoger, terwijl er juist minder oproepkrachten waren. Het aantal werknemers met een flexibele arbeidsrelatie is nog steeds iets lager dan net voor de coronacrisis.