Klacht tegen controlerend accountant bewindvoerders

Branchevereniging BPBI daagt accountant voor de tuchtrechter. De klacht: vooraf bekend maken welke dossiers aan een steekproef zijn onderworpen.

Zaaknummer: 17/2489

De branchevereniging Professionele Bewindvoerders en Inkomensbeerders (BPBI) doet er alles aan om de kwaliteit van aangesloten leden te waarborgen. Om die reden heeft ze een accountant voor de tuchtrechter gedaagd, omdat die de regels van de controle zou hebben geschonden. hij zou vooraf en op afstand bekend hebben gemaakt welke dossiers van een bewindvoerder aan een steekproef zijn onderworpen.

En dat is not done: bewindvoerders zouden zo de mogelijkheid hebben om omissies in de dossiers nog even gauw te herstellen, voor de controlerend accountant daadwerkelijk op bezoek komt. 

Het was een ‘verontrustend signaal’ meldde de toenmalige directeur van de vereniging aan de betreffende accountant. Nog voor hij zijn werkwijze kon uitleggen had hij al een klacht aan de broek bij de Accountantskamer.

De Ra zit in een pool van accountants van de BPBI , die de aangesloten bewindvoerders moet controleren.  Het is dan niet de bedoeling dat bewindvoerders tevoren weten welke dossiers op de snijtafel liggen, en dat zou wel zijn gebeurd.

De betreffende accountant ging op twee manieren te werk. Een deel van de aangesloten bewindvoerders bezocht hij direct ter plekke, bij een deel deed hij eerst onderzoek naar de dossiers ‘in de cloud’; wat hij het “flitsmoment’ noemt. Als hij dan een ‘licht administratieve’ omissie ontdekte kon het zijn dat hij daarover de bewindvoerder raadpleegde, voorafgaand aan een bezoek op het kantoor.

Volgens de accountant heeft de bewindvoerder in de tijd dat er tussen tussentelefoontje en bezoek op kantoor zit, geen gelegenheid om eventuele hiaten te manipuleren. De branchevereniging wil er echter geen enkele twijfel over laten bestaan: bewindvoerders mogen tevoren niet weten welke dossiers in de steekproef zitten. De tuchtzaak is voor haar het stellen van een norm.

Uitspraak over tien tot vijftien weken.
 
Auteur: Petra van Walraven, Juridisch Persbureau Zwolle

Gerelateerde artikelen