Klacht: belangentegenstellingen binnen accountantskantoor
De oorsprong gaat verder terug. De ondernemer ontdekte namelijk in 2012/2013 dat er ten tijde van de overname van een familiebedrijf in 2003 iets mis moest zijn gegaan, waardoor hij een vordering van ruim twee ton meent te hebben op een van de familieleden. Die vordering had moeten worden opgenomen in de jaarrekening 2012, meent hij. Niet omdat hij nou zo graag meer belasting wilde betalen, maar ten behoeve van kredietfaciliteiten bij de bank, legde diens advocaat uit.
De registeraccountant die de jaarrekening samenstelde had moeten weten dat er iets mis was, omdat de vordering ook eind 2012 al werd verrekend door de huur van een bedrijfspand van de familie niet te betalen. Ook had bij hem een alarmbel moeten rinkelen toen een broer en een zus uit de betreffende familie klant bij zijn kantoor waren geworden.
De RA in kwestie betwist dat er sprake was van belangentegenstellingen. Bij de bespreking van de concept jaarrekening over 2012 heeft de klager, die al meer dan tien jaar klant bij de RA was, ook geen kritiek geuit. Er zijn toen geen gegevens naar voren gekomen die een aanpassing van de jaarrekening nodig maakten.
De broer en zus waren naar een andere vestiging van het kantoor gegaan. De eveneens aangeklaagde RA en AA van die andere vestiging hebben volgens eigen zeggen de normale klantacceptatieprocedure doorlopen, met vragen over onafhankelijkheid, eventuele risico’s, financiële positie, deskundigheid van personeel etc. De RA en de AA kenden de klager niet. Overigens zijn broer en zus, die onderling ook strijd kregen, weer weg bij het accountantskantoor, wegens de familieperikelen en de conflicterende belangen.
De Accountantskamer doet over ongeveer twaalf weken uitspraak.
Zaaknummers 14/2965, 14/2966 en 14/2967
[Door: Petra van Walraven / Juridisch Persbureau Zwolle]