Kamerbrief over btw-behandeling van beheerdiensten aan pensioenfondsen
In de motie wordt de regering verzocht om in beeld te brengen op welke wijze de lidstaten van de Unie omgaan met het opleggen van btw voor beleggen bij pensioenfondsen en of en in welke gevallen zij daadwerkelijk btw in rekening brengen voor beheerdiensten (administratie en vermogensbeheer) en in welke gevallen er een vrijstelling van toepassing is.
Daarnaast wordt in de motie verzocht te rapporteren hoe de Europese Commissie invulling geeft aan het waarborgen van een gelijk speelveld van btw heffing op deze beheerdiensten ten behoeve van pensioenfondsen.
Europese wetgeving stelt het beheer van gemeenschappelijke beleggingsfondsen vrij. De Hoge Raad heeft op 9 december 2016 (15/00148, ECLI:NL:HR:2016:2786) geoordeeld dat een bedrijfspensioenfonds, dat tegen inleg van een premie een uitkering toezegt (i.e. een zogenoemde DB-regeling), geen gemeenschappelijke beleggingsfonds is. Het arrest bevestigt hiermee de lijn dat geen ruimte bestaat om vermogensbeheerdiensten,verricht voor pensioenfondsen die een DB-regeling uitvoeren, vrij te stellen van btw.
Deze uitspraak is naar de mening van de staatssecretaris en die van de Europese Commissie in lijn met het Unierecht en daarmee 'EU-proof' en zelfs verplicht.
Voor wat betreft het waarborgen van een gelijk speelveld ziet de staatssecretaris naar aanleiding van informatie die de Nederlandse branche heeft aangeleverd, aanleiding voor een nadere bespreking van dit onderwerp in Europees verband. Hij heeft de Europese Commissie daarom aangespoord om het onderwerp te agenderen in het eerstvolgende btw-comité.
(Bron: Fiscanet)