Kabinet: bouwen onder stikstofgrens mag zonder vergunning
De coalitiepartijen bereikten woensdagavond laat een akkoord over het stikstofbeleid. Over eerdere plannen van het kabinet oordeelde stikstofadviseur Johan Remkes vorige week snoeihard. Remkes stelde zelf ook zo'n drempelwaarde voor, omdat de bouw relatief weinig stikstof uitstoot maar wel hard geraakt werd toen de vergunningverlening stil kwam te liggen. In ruil voor de drempelwaarde wordt de bouwsector verplicht zijn eigen uitstoot te verminderen.
Dat betekent dat bouwmachines mogelijk eerder moeten worden verruild voor schonere exemplaren. Het kabinet gaat zich nog buigen over een financiële compensatie "om dit proces te ondersteunen". Overheden moeten ook nog kijken op welke andere manieren ze schoner bouwen kunnen stimuleren.
Verder moet de belasting van stikstofgevoelige natuur flink omlaag. De vermindering hiervan wordt in de wet vastgelegd. Remkes waarschuwde dat de plannen die het kabinet in april presenteerde veel te vrijblijvend waren. Die maatregelen leken zelfs op de stikstofaanpak waardoor de Raad van State vorig jaar juist een streep zette. Hij stuurde het kabinet terug naar de tekentafel.
Door dat besluit van de hoogste bestuursrechter eind mei vorig jaar kwam de vergunningverlening stil te liggen. De Natura 2000-gebieden waar het allemaal om gaat worden niet genoeg beschermd, oordeelde de Raad van State. Sindsdien heeft het kabinet al maatregelen genomen om de stikstofuitstoot terug te dringen. Ook de natuurgebieden moeten worden versterkt.
De aangekondigde stoppersregeling voor boeren wordt opgeknipt. De eerste 750 miljoen euro voor boeren die in ruil voor een bedrag willen stoppen met hun bedrijf komt volgend jaar beschikbaar. In 2023 wil het kabinet kijken welk effect groene innovaties hebben gehad op de stikstofuitstoot van veehouderijen. "Dan zal worden afgewogen hoe de tweede tranche met de meest kosteneffectieve stikstofreductie ingezet kan worden", schrijft Schouten. Dat tweede deel bestaat uit de resterende 250 miljoen euro, en staat voor 2024 gepland.