‘Je mag geen klacht indienen’
Die vraag stond maandagmiddag centraal bij de Accountantskamer. Volgens de beklaagde was hier sprake van een incassoprocedure. De klant weigerde rekeningen te betalen en dus was het niet meer dan logisch dat de bedrijfsjurist zich hiermee bezig hield. En in die procedure is de gewraakte uitlating gedaan. Maar van een incassoprocedure was nog helemaal geen sprake, meent de klager. “Het gaat ook helemaal niet om de poen”, zei advocaat Leen Hennink namens de klager. “Een bedrag van enkele tienduizenden euro's, zoals de factuur van de RA, is verre van een essentieel bedrag voor mijn cliënt.'' Nee, het was juist een inhoudelijk geschil. De cijfers over 2014 waren door de accountant te laat aangeleverd. Duidelijk was dat dit niet nog eens moest gebeuren. Dat gebeurde in 2015 wel. Daarover wilde de cliënt klagen. Maar het accountantskantoor schreef in een brief dat zoiets onder omstandigheden “kan worden aangemerkt als misbruik van bevoegdheid en (is te) kwalificeren als een onrechtmatige daad jegens Baker Tilly Berk NV. Indien mocht blijken dat u daadwerkelijk misbruik maakt van een bevoegdheid en een onrechtmatige daad pleegt jegens Baker Tilly Berk NV, dan wel een of meerdere van de aldaar werkzame personen, dan zullen wij genoodzaakt zijn de geleden en nog te lijden schade op u te verhalen.”
'Geen dreigement'
Die woorden hoefden helemaal niet als dreigement opgevat te worden, vond de raadsman namens het accountantskantoor. Er staat alleen “dat het ongefundeerd dreigen met een klacht onder omstandigheden onrechtmatig kan zijn”, nuanceerde advocaat Guus Lemmen. Maar de Accountantskamer komt wat hem betreft helemaal niet toe aan het inhoudelijk bekijken van de klacht, want de RA is helemaal niet verantwoordelijk voor de uitlatingen van de bedrijfsjurist. Een accountant is alleen tuchtrechtelijk verantwoordelijk voor het handelen van kantoorgenoten als deze onder zijn directe verantwoordelijkheid vallen. Dat is hier helemaal niet het geval. “Het ging hier niet om accountancywerkzaamheden, maar om een incassotraject.” De regie daarvan lag in handen van de jurist. Toch kreeg de accountant de brief voordat deze verstuurd werd, wel onder ogen. Hij las deze door “om de feiten te checken”, zei hij zelf op vragen van de tuchtrechter.
De klager gaf aan dat dit alleen nog maar de 'klacht om het niet mogen indienen van een klacht' betrof. De inhoudelijke tuchtzaak is in voorbereiding.
Vonnis over circa 15 weken.
(Zaaknr. 17/421)
[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle]