Jaarverslag goedgekeurd, ondanks fraude

De accountant die de jaarrekening 2009 van zorgbureau SPV goedkeurde, had meer onderzoek moeten doen. Dat verwijt maakte de curator van SPV maandag in de Accountantskamer. Maar de curator praat met kennis achteraf, zei de advocaat van de accountant. Volgens haar hoefde en kon de beklaagde weinig meer doen.

Bureau SPV, werkzaam in diverse delen van het land, ging in februari 2012 ten onder. Nog voor de curator onderzoek kon doen naar de oorzaak ervan, haalde de inspectie van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in bestelbussen de administratie op. De curator, toen nog bezig om een voorzichtige doorstart te bewerkstelligen, kreeg langzaam het vermoeden dat er iets mis was bij SPV. Later bleek dat het Hengelose zorgbureau op grote schaal fraudeerde met zorggelden. In december 2015 werd de bestuurder veroordeeld tot 21 maanden cel, waarvan zeven maanden voorwaardelijk, voor grootschalige fraude en valsheid in geschrifte. In het vonnis staat dat ze misbruik maakte van zorgbehoevende mensen en gemeenschapsgeld. Het zou gaan om zeker een half miljoen euro, bleek uit het vonnis.

Verzuimd

De fraude werd gepleegd door laagbetaald huishoudelijk werk te declareren als het veel lonender 'persoonlijke verzorging'. Ook werden uren dubbel gedeclareerd en bleken handtekeningen op uurlijsten vervalst. In 2009 werd al gefraudeerd, blijkt onder meer uit dat vonnis, zo gaf de advocaat van de curator aan. Ook nadat uit nacalculatie bleek dat de urenregistratie een zooitje was. Die onregelmatigheden leidden tot een accountantsverklaring met beperking. Maar de jaarrekening kreeg wel een volledige goedkeuring. “Niet te begrijpen is dat ze bij de controle op de jaarrekening geen enkele aanvullende controles heeft verricht en toch een goedkeurende verklaring gaf. Ze had moeten controleren of de in de jaarrekening opgenomen posten correct zijn weergegeven. Dat heeft ze in ernstige mate verzuimd.” Ze had diverse risico-indicatoren moeten onderkennen, stelde de raadsvrouw. De administratie was zeer gebrekkig, veel urenbrieven ontbraken. Zorgkantoren kwamen met allerlei vragen na de nacalculatie. Was er sprake geweest van 'persoonlijke verzorging' dan zou de zorg zijn geleverd door gediplomeerde medewerkers. Had de accountant de namen gecontroleerd in het medewerkersbestand, dan had ze gezien dat lager betaalde alfahulpen de zorg leverden. Dat heeft ze nagelaten, aldus de raadsvrouw. “Ze kon überhaupt niet vaststellen of de gedeclareerde zorg was verleend.”

Onstuimige groei

De vraag of de accountant de fraude had moeten constateren, ligt niet voor. “De enige vraag die beantwoord moet worden: heeft ze door het afgeven van een goedkeurende verklaring klachtwaardig gehandeld? Het antwoord daarop is nee”, zei de advocaat van de registeraccountant. Wat had ze anders kunnen en moeten doen, vroeg de raadsvrouw zich hardop af. Alleen de kennis die toen beschikbaar was, mag hierin een rol spelen. Waarom heeft de curator het dossier niet veel eerder bemachtigd? Hij was te laat met zijn klacht, meende de raadsvrouw. Ook inhoudelijk snijdt de klacht geen hout. De accountant mocht uitgaan van de nacalculatie door de zorgkantoren. “Wat had ze begin 2010 nog meer kunnen constateren? Niet veel.” Volgens de raadsvrouw vonden de frauduleuze praktijken plaats voornamelijk na 2009. De tot de fraude te herleiden omzet was dat jaar nog geen 0,4 procent van het totaal. Dat de urenadministratie niet goed werd bijgehouden, was nog te verklaren door de onstuimige groei van het jonge bedrijf. En de bestuurder had maatregelen genomen. Dat de fraude in 2009 zo klein was, werd weersproken door de curator. Het zou alleen over dat jaar al gaan over circa 2,5 ton.

Vonnis over circa vijftien weken.

(Zaaknr. 16/1304 )

[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle]

Gerelateerde artikelen