Interne e-mails Belastingdienst mogen geheim blijven

Onlangs oordeelde de geheimhoudingskamer van Rechtbank Gelderland dat de Inspecteur van de Belastingdienst niet verplicht is stukken van buitenlandse autoriteiten en (grotendeels interne) e-mails openbaar te maken.

In 2010 heeft de Inspecteur aan de broer van eiser (X) vragen gesteld over zijn aangifte IB/PVV 2007. De vragen zijn niet tot tevredenheid van de Inspecteur beantwoord. Daarop zijn door de Inspecteur inlichtingen gevraagd bij de autoriteiten van Curaçao. De ontvangen informatie is voor de Inspecteur aanleiding geweest vragen aan X te stellen. X heeft veel vragen niet beantwoord. Dit heeft uiteindelijk geleid tot een informatiebeschikking ten aanzien van X. Deze heeft betrekking op de aangiften IB/PVV 2011, 2012 en 2013. De vragen in de informatiebeschikking zijn gericht op de mogelijke betrokkenheid van X bij een stichting.

In geschil is of sprake is van gewichtige redenen als bedoeld in artikel 8:29 Awb die rechtvaardigen dat de Inspecteur weigert de stukken van de buitenlandse autoriteiten en (grotendeels interne) e-mails openbaar te maken.

De geheimhoudingskamer van Rechtbank Gelderland oordeelt dat de Inspecteur niet gehouden is een brief met bijlagen over te leggen die slechts betrekking heeft op de positie van de broer van X. Het feit dat de zaken van de broer (vooralsnog) gezamenlijk behandeld worden met de zaken van X maakt niet dat de brief met bijlagen een op de zaken van X betrekking hebbend stuk is.

De Rechtbank bepaalt verder dat beperkte kennisneming respectievelijk geheimhouding van de met een beroep op artikel 8:29 Awb overgelegde stukken voor het overige gerechtvaardigd is. De Rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat de uit Curaçao ontvangen stukken vermoedelijk niet compleet zijn en mogelijk geen volledig (en juist) beeld geven. Inzage in de stukken door X brengt het risico mee dat geen andere stukken meer boven water zullen komen, omdat gesteld zal worden dat deze compleet zijn.

Interne e-mails van de Belastingdienst beschouwt de Rechtbank als één stuk. De e-mails vormen volgens de Rechtbank een op de zaak betrekking hebbend stuk. Ter zake van de e-mails is volgens de Rechtbank eveneens een beroep op geheimhouding gerechtvaardigd.

(Bron: Fiscanet)

Gerelateerde artikelen