Huizenprijzen hardst omhoog in meer dan twintig jaar

De huizenprijzen in Nederland zijn afgelopen kwartaal het sterkst gestegen in meer dan twintig jaar, ondanks de coronacrisis. Ook de woningverkopen zaten volgens de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) flink in de lift, terwijl het aanbod van te koop staande huizen verder slonk.

Gemiddeld verwisselden huizen voor 354.000 euro van eigenaar. Dat is 11,6 procent meer dan een jaar terug. Wie een nieuwbouwwoning kocht moest gemiddeld zelfs 410.000 euro betalen. De NVM telde in totaal 41.583 verkochte woningen in het derde kwartaal, wat neerkomt op een stijging van 7 procent. De verkoop van nieuwbouwwoningen steeg daarbij met bijna 45 procent tot ongeveer 9400 stuks.

De cijfers zijn opmerkelijk omdat er van een coronadip absoluut geen sprake was. Door de coronacrisis rekenden veel deskundigen eerder dit jaar nog op een omslag op de woningmarkt. Maar waar normaal in het derde kwartaal een seizoensdip optreedt, werd het afgelopen zomer nooit rustiger voor de makelaars.

Er werden ook wat meer woningen te koop gezet dan in de jaren hiervoor. En er ging meer nieuwbouw in de verkoop. Voor extra aanbod zorgde dat allemaal niet. Deze woningen werden over het algemeen snel weer verkocht, geholpen door de lage hypotheekrentes en de grote krapte op de markt.

NVM-voorzitter Onno Hoes maakt zich, ondanks de vele transacties, grote zorgen over de toekomst. "De consument heeft nauwelijks meer iets te kiezen en daarmee zien we dat de prijsontwikkeling verder omhooggaat. De woningmarkt heeft echt verruiming nodig van het aanbod om woningen voor een grote groep betaalbaar te houden." Hij pleit daarom voor een noodplan om de woningmarkt op dit vlak vlot te trekken. "We begrijpen dat corona en de gevolgen hiervan de hoogste prioriteit hebben binnen het kabinet, maar de woningmarkt zou dan toch direct daarna moeten komen."

De makelaars roepen al langer dat er veel te weinig nieuwbouwwoningen bijkomen. Dit probleem blijft spelen, aldus Hoes. "De gemeenten en de provincies moeten echt meer en sneller grond aanwijzen waar gebouwd kan worden. En als zij er niet uitkomen dan moet de landelijke overheid de regie nemen."