Huiseigenaar 2,7 procent meer kwijt aan lokale belastingen

De gemeentelijke lasten stijgen gemiddeld 3,5 procent, de waterschapslasten 2,3 procent en de provinciale lasten 0,3 procent. Opvallend veel gemeenten, dertig in totaal, hebben de hondenbelasting afgeschaft. Dat blijkt uit de Atlas van de Lokale Lasten van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO), een onderzoeksinstituut van de Rijksuniversiteit Groningen.

Een meerpersoonshuishouden met een koopwoning betaalt in totaal gemiddeld 1.264 euro, verdeeld over gemeente (740 euro), provincie (185 euro) en waterschap (339 euro). De duurste plek om te wonen is Bloemendaal (2.051 euro), de goedkoopste Gilze en Rijen (995 euro). 

Ook huurders 2,7 procent duurder uit
Huurders betalen gemiddeld 812 euro. Dat is 2,7 procent meer dan vorig jaar. Daarvan gaat 368 euro naar de gemeente, 185 euro naar de provincie en 259 euro naar het waterschap. De duurste plek om te wonen voor huurders is Midden-Delfland (1.157 euro), de goedkoopste plek is De Ronde Venen (485 euro).

Hondenbelasting uit de gratie
Liefst dertig gemeenten hebben de hondenbelasting afgeschaft. In circa tweehonderd gemeenten betalen hondenbezitters nog wel hondenbelasting. Gemiddeld gaat het in deze gemeenten om een bedrag van 76 euro. Dat is 1 euro meer dan vorig jaar. In heel Nederland (dus inclusief de gemeenten waar hondenbezitters geen hondenbelasting betalen) bedraagt de hondenbelasting gemiddeld 45 euro.

Ozb
Huurders betalen geen ozb. Eigenaar-bewoners betalen gemiddeld 281 euro. Dat is 8 euro meer dan vorig jaar. Het gemiddelde ozb-tarief voor woningen stijgt 3,2 procent. COELO consteert de grootste stijgingen en dalingen in gemeenten die dit jaar zijn gefuseerd. In de voormalige gemeenten Oud-Beijerland (nu deel van Hoeksche Waard) daalt het tarief 22 procent, in de voormalige gemeente Neerijnen (nu deel van West Betuwe) stijgt het tarief met 41 procent. Na een fusie wordt in de hele nieuwe gemeente hetzelfde tarief gehanteerd. Fusiepartners die eerder een relatief hoog (Oud-Beijerland) of laag (Neerijnen) tarief hadden, krijgen dan te maken met relatief sterke veranderingen.