Hof verhoogt straf accountant voor btw-fraude
In 2015 had Rechtbank Amsterdam de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden waarvan 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. Het hof is van oordeel dat de straf die de rechtbank heeft opgelegd, onvoldoende recht doet aan de ernst van de feiten.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het opzettelijk doen van onjuiste aangiften omzetbelasting, om financieel voordeel te behalen. Op deze manier is ten onrechte omzetbelasting teruggevraagd en deels ook uitbetaald door de Belastingdienst.
“Het is een feit van algemene bekendheid dat dit type delicten niet alleen tot fiscaal nadeel, maar ook tot ondermijning van de algemene belastingmoraal leidt,” aldus het Hof. “Door op dergelijke wijze te handelen heeft de verdachte bovendien de betrouwbaarheid die aan de inhoud van belastingaangiften mag worden toegekend geschaad. Verdachte heeft gedurende langere tijd gebruik gemaakt van vennootschappen die feitelijk geen activiteiten verrichtten en waarmee hij heeft willen verdienen aan de Belastingdienst. Niet aannemelijk is geworden dat deze vennootschappen een ander doel hadden dan benadeling van de Staat der Nederlanden. Het hof rekent het de verdachte zwaar aan dat hij destijds werkzaam was als accountant. Verder is de verdachte niet uit eigen beweging gestopt met zijn handelingen.”
Het hof acht een gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, passend en geboden.