Hoeveel draagvlak is er voor economische groei?
Lees ook: "Een ander soort economie is mogelijk!"
Van iedere euro die de economie groeit, willen ze 49 cent aan dat soort uitgaven besteden, veel meer dan de circa 31 cent die we in de afgelopen twee decennia daaraan hebben uitgegeven.
Zo blijkt uit representatief onderzoek van het ING Economisch Bureau onder ruim duizend Nederlanders, uitgevoerd door onderzoeksbureau KANTAR.
Het ING Economisch Bureau liet onderzoek doen naar het draagvlak onder Nederlanders voor het begrip ‘economische groei’ en naar de wensen voor de besteding daarvan. Aanleiding voor het onderzoek is dat de vraag regelmatig aan de economen van ING gesteld wordt of ‘we wel groei nodig hebben’.
Marieke Blom, hoofdeconoom van ING Nederland: “Als econoom vind ik het belangrijk om te weten of economische groei nu nog wel biedt wat mensen willen.” Het onderzoek laat zien dat een ruime meerderheid van de Nederlanders (58 procent) positief is over economische groei.
Liever meer dan minder groei
Driekwart van Nederland wil een groeitempo van zo’n 1,5 procent per jaar handhaven of daar nog een schepje bovenop doen. Tegenstanders van groei zijn er nauwelijks, slechts 1,4 procent van de Nederlanders zou liever zien dat de economie niet groeit en slechts 0,2 procent van de respondenten wil krimp. Blom: “Nederlanders willen eerder meer dan minder groei. Gezien de huidige lage productiviteitsgroei is dat is makkelijker gewenst dan gedaan.”
Niet puur onze eigen portemonnee, maar wat goed is voor iedereen
Nederlanders willen toekomstige groei voor maar liefst de helft (49%) besteden aan ‘zaken die goed zijn voor iedereen’. Ter vergelijking: daar ging in de afgelopen twee decennia ‘slechts’ 31 procent van de groei naar toe, berekende het ING Economisch Bureau. Daarbij is zorg de populairste bestemming (13 cent per euro), maar ook zaken die op termijn het groeipotentieel van de economie vergroten zijn populair: samen zou er aan onderwijs, mobiliteit en ondernemersklimaat 14 cent per euro economische groei besteed mogen worden. Hoger opgeleiden zeggen tot zelfs 60 procent van de groei publiek te willen besteden.
Een derde van de groei direct zelf consumeren…
De andere helft van de economische groei mag naar huishoudens, die daarvan dan 58 procent (wat neerkomt op zo’n 30 cent van iedere extra euro) direct willen consumeren. Lager opgeleiden hebben een sterkere voorkeur om de groei zelf te besteden dan hoger opgeleiden. Ruim vier op de tien (41%) wil de groei zo onder de mensen verdelen dat alle inkomensgroepen in gelijke mate profiteren van de toekomstige groei. De meerderheid van de Nederlanders (59%) wil de groei zo verdelen dat die in ieder geval bij specifieke inkomensgroepen terecht komt, in elk geval de lagere inkomens en ook iets sterker bij de middeninkomens. Slechts 1 procent wil dat de hogere inkomens in elk geval profiteren.
…maar de spaarzin blijft ook hoog
Tot slot willen Nederlanders nog zo’n 21 cent van iedere euro groei opzij zetten. ‘Van een consumptiemaatschappij die gericht is op puur de eigen portemonnee lijkt geen sprake, Nederlanders willen groei die ons allemaal vooruit helpt en ook bijdragen aan toekomstige groei en welvaart. De hoge spaarzin kan verstandig zijn, maar om een flink groeitempo te handhaven moet dat spaargeld ook omgezet worden in investeringen in groei’ stelt Marieke Blom.
Zorgen over het samengaan van groei en planeet
Van 8 procent van de Nederlanders mag het wel een tandje minder of zelfs afgelopen zijn met de economische groei. Veruit de belangrijkste reden is dat zij die zien als schadelijk voor de planeet. Zorgen over het de planeet en groei leven wel bij een grotere groep: 38 procent denkt dat dit geen per se goede combinatie is. Volgen de ING-economen is er in het verleden inderdaad vaak een afruil geweest tussen groei en de planeet. Nederlanders laten hun zorg voor de planeet blijken in de bereidheid om 12 procent van de extra publieke bestedingen in te zetten voor klimaat, natuur en milieu, dat komt neer op 6 cent van iedere euro groei.
Verrassend weinig tegenstanders van groei
Blom was verrast over de uitkomsten: “We hadden een grotere groep tegenstanders van groei verwacht, die vreest voor de effecten van de consumptiemaatschappij op de planeet. Wat er echt uitspringt is de steun voor ‘zaken waar iedereen iets aan heeft’, zoals zorg en onderwijs.” Ze ziet het onderzoek als een belangrijk signaal. “Beleidsmakers kunnen in onze resultaten ook aanleiding zien voor een groeiagenda.”
Richting een groeigericht Nederland
Vanuit het bedrijfsleven krijgt Blom ook vaak de vraag hoeveel draagvlak er nog bestaat voor economische groei. Blom: “Beslissers in het bedrijfsleven vrezen dat burgers economische groei en bedrijvigheid niet meer belangrijk vinden, maar die vrees lijkt me wat te groot. Op termijn is de steun voor economische groei gunstig voor ons ondernemersklimaat: kiezers bepalen via hun stemgedrag immers hoe groeigericht Nederland wordt bestuurd.”