Helft Nederlandse schuld moet worden afbetaald in 5 jaar

Bedrijven, banken en de overheid in Nederland moeten de helft van hun uitstaand schuldpapier (exclusief leningen) de komende 5 jaar afbetalen of opnieuw financieren.

Het gaat om een bedrag van 925 miljard euro. Ongeveer 450 miljard euro (een kwart van het totaal aan Nederlands schuldpapier) moet al voor eind volgend jaar worden terugbetaald aan investeerders.

Dat blijkt uit onderzoek van De Nederlandsche Bank. DNB heeft voor het eerst op een rijtje gezet hoeveel schuldpapier in Nederland uitstaat en tegen welke looptijden (het zogeheten schuldverval). De nieuwe statistieken over schuldverval beschrijven de termijnen waarop de hoofdsom van schuldpapier aan investeerders moet worden voldaan. Dit biedt inzicht in de toekomstige vraag en aanbod naar schuldpapier en naar mogelijke herfinancieringsrisico’s, bijvoorbeeld bij oplopende rentes. 

In de praktijk wordt het grootste deel van de aflopende schulden geherfinancierd met uitgave van nieuw schuldpapier. Slechts een deel van de nieuwe schulduitgiftes zijn bedoeld voor nieuwe investeringen. De totale omvang van het Nederlands schuldpapier bedroeg eind 2018 ruim 1.850 miljard euro.

De termijnen waarop de Nederlandse schulden moeten worden afbetaald zijn vergelijkbaar met die in andere eurolanden. De gemiddelde resterende looptijd van Nederlands schuldpapier is weliswaar langer (ruim 11 jaar tegenover bijna 9 jaar in de rest van het eurogebied), maar dit komt doordat een omvangrijk deel van de Nederlandse schuld pas na 2040 hoeft te worden afgelost. Dit hangt samen met de lange juridische looptijd van securitisaties uitgegeven door overige financiële instellingen. Gecorrigeerd voor securitisaties komt het schuldverval in Nederland ook gemiddeld op bijna 9 jaar uit, net als in de rest van Europa (Grafiek 1).

Schuldverval sectoren Nederland en Europa ook vergelijkbaar
Het schuldverval van Nederland en Europa is ook vergelijkbaar per type schuldverlener. Nederlandse en Europese banken zijn het kortst gefinancierd met een gemiddelde resterende looptijd van 5 jaar. Hierbij moet de helft van het bancaire schuldpapier al binnen vier jaar worden afgelost. 

Niet-financiële bedrijven zijn ten opzichte van banken langer gefinancierd met een gemiddeld resterende looptijd van bijna 7 jaar in Nederland, tegenover langere looptijden van ruim 8 in het eurogebied. Overheden in het eurogebied kennen gemiddeld relatief lange en gespreide terugbetaalperiodes met een gemiddelde resterende looptijd van ruim 7 jaar. Op Nederlands en Europees staatspapier wordt in de komende twee jaar gemiddeld een kwart van de schuldomvang terugbetaald aan investeerders. Gemiddeld wordt bijna de helft van het staatspapier in de komende vijf jaar afgelost. Deze gegevens benadrukken dat centrale overheden in Europa ook de komende jaren veel geld op de markt moeten ophalen met grote herfinancieringsoperaties (Grafiek 2).

Gerelateerde artikelen