Handleiding Mazars voor inkomen DGA in het buitenland

Onduidelijkheid waar het inkomen uit een BV belast moet worden.

Wat staat een DGA fiscaal te wachten die woont in het buitenland en inkomen geniet van zijn Nederlandse BV? Moet de DGA daarover belasting betalen in Nederland of in het land waar hij woont? Een recente rechtszaak heeft daar meer duidelijkheid over geschapen. Mazars heeft voor deze gevallen een fiscale handleiding geschreven. 

Dit naar aanleiding van een DGA die het aan de stok kreeg met de Belastingdienst over zo’n soort situatie. De kwestie werd uitgevochten voor het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch.

Degens kruisen met de Belastingdienst

De kwestie draaide om een DGA die in Italië woont en volledig eigenaar is van een BV in Nederland. Hij is voor de helft eigenaar van een Italiaanse naamloze vennootschap, een SRL. De DGA geniet loon van zowel de BV als de SRL. Het loon afkomstig van de SRL is belast in Italië. 

Over de belastbaarheid van het salaris van de BV kruiste de DGA de degens met de Belastingdienst. De Nederlandse fiscus stelde dat het loon volledig te kwalificeren is als bestuurdersinkomen en daarmee belastbaar is in Nederland. De Belastingdienst stelt daarentegen dat het loon volledig kwalificeert als bestuurdersinkomen en daarmee belast is in Nederland. De DGA betoogde echter dat dit loon inkomsten uit dienstbetrekking is en daarmee belast is in het woonland Italië. 

Belastbaar in het buitenland

De DGA won de zaak, want hij toonde aan dat zijn werkzaamheden grotendeels zijn verricht in de hoedanigheid van werknemer. Dit betekent dat zijn inkomen grotendeels belast is in zijn woonland Italië en niet in Nederland.

Voor DGA’s die ook in dit soort fiscale kwesties belanden, heeft Mazars een aantal uitgangspunten geformuleerd. Wil een DGA ook belastingaanslagen vermijden van de Nederlandse Belastingdienst, maak dan allereerst duidelijk wat de woonplaats is van de DGA en wat de vestigingsplaats is van de BV.

“Volgens de Nederlandse wetgeving wordt de woonplaats van de bestuurder en de vestigingsplaats van de vennootschap aan de hand van alle feiten en omstandigheden beoordeeld”, aldus Mazars. “Dit betreft een uitgebreide en dus feitelijke toets.”

Let dan vooral op dat een Nederlandse BV die naar Nederlands recht wordt opgericht Nederlands is en blijft. Dat staat in de wet. Woont de DGA in het buitenland, zorg dan dat ook dit aantoonbaar is zonder twijfels.

Kijk naar het belastingverdrag

De tweede stap is volgens Mazars om duidelijkheid te verkijgen over het begrip grensoverschrijdende arbeid. Ga daarbij na of er sprake is van een belastingverdrag tussen Nederland en het land waar de DGA woont. Is er zo’n bedrag, kijk dan welke bepalingen van kracht zijn, zo adviseert Mazars. 

“Dit verdrag bepaalt welk land mag heffen over het inkomen. Een verdrag ter voorkoming van dubbele belasting bevat over het algemeen een artikel over werknemersinkomen en een artikel over bestuurdersinkomen."

“Het artikel over inkomen dat een werknemer ontvangt, bepaalt in principe dat het heffingsrecht over het inkomen dat wordt genoten in de hoedanigheid van werknemer is toegewezen aan het woonland, tenzij de dienstbetrekking wordt uitgeoefend in het werkland. Het kan dus voorkomen dat een salary split ontstaat als de werkzaamheden zowel in het woonland als het werkland worden uitgeoefend.”

Een uitzondering hierop is de zogenaamde 183-dagenregeling, aldus Mazars. “Indien deze van toepassing is, is het inkomen volledig belast in het woonland. Het artikel in het verdrag over bestuurdersinkomen bepaalt in beginsel dat het heffingsrecht over het inkomen dat wordt genoten in de hoedanigheid van bestuurder is toegewezen aan het land waar de vennootschap, waarvoor werkzaamheden worden uitgevoerd, is gevestigd.” Mazars wijst erop dat de artikelen over bestuurdersinkomen kunnen verschillen per belastingverdrag.

Check de hoedanigheid van de werkzaamheden

Verder stelt Mazars dat de fiscus bij het bepalen van de belastingpositie van de DGA ook kijkt in welke hoedanigheid de werkzaamheden worden verricht. “Is dat als werknemer of als bestuurder of beiden?”

In de zaak die diende bij het Gerechtshof ’s Hertogenbosch was de conclusie dat de DGA zowel werkzaamheden verricht in de hoedanigheid van bestuurder als in de hoedanigheid van werknemer. “Dit betekent dat een splitsing moet worden gemaakt van de inkomsten. Hiervoor moet worden gekeken naar de verdeling van de werkzaamheden”, aldus Mazars.

“Het Hof beschouwt het vaststellen van de jaarrekening en het bijwonen van de algemene vergadering van aandeelhouders als typische bestuursactiviteiten. De beloning die aan deze bestuursactiviteiten kan worden toegerekend wordt belast conform het bestuurdersartikel. De marketing, in- en verkoopwerkzaamheden en technisch advies beschouwt het Hof als typische werknemersactiviteiten en worden belast volgens het werknemersartikel uit het verdrag.”
 

Gerelateerde artikelen