Geen verpakkingenbelasting voor cups en pithouders waxinelichtjes

14 juli 2017

Een cup met pithouder van een waxinelichtje is geen verpakking. De naheffingsaanslagen verpakkingenbelasting zijn daarom terecht door de rechtbank vernietigd, zo heeft Gerechtshof Den Bosch in hoger beroep geoordeeld.

Een bv is fabrikant en leverancier van waxinelichtjes. Zij produceert twee soorten waxinelichtjes, ‘afgevulde waxinelichtjes’ en ‘geperste waxinelichtjes’. Bij een afgevuld waxinelichtje wordt de cup met verwarmde paraffine gevuld en zijn de cup, pithouder en paraffine na kristallisatie van de paraffine onlosmakelijk met elkaar verbonden. Bij een geperst waxinelichtje zitten de geperste paraffineblokjes met de pithouder en het lontje los in de cups. Aan de bv zijn naheffingsaanslagen verpakkingenbelasting opgelegd over de tijdvakken 2008 tot en met 2012. Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft de naheffingsaanslagen vernietigd.

Hof Den Bosch oordeelt in hoger beroep dat de cups (bij de afgevulde waxinelichtjes: de cups met pithouders) verpakkingen zijn in de zin van de Wet belastingen op milieugrondslag (Wbm). Bij een afgevuld waxinelichtje valt de cup met pithouder onder de uitzondering op het begrip verpakking als bedoeld in artikel 80, aanhef, onderdeel a, aanhef, ten eerste, Wbm.

Bij een geperst waxinelichtje valt de cup (ook) onder deze uitzondering, aldus het Hof. Beslissend is dat de cup (bij een afgevuld waxinelichtje: met pithouder) nodig is om de paraffine tijdens haar levensduur te bevatten en gebruik van de paraffine gedurende haar levensduur zonder cup niet mogelijk is.

De uitspraak van de Rechtbank wordt bevestigd.